Binnen het Martini Allergie Centrum voor Kinderen (MACK) is er volop aandacht voor wetenschappelijk onderzoek. Wij richten ons vooral op het verbeteren van de zorg voor kinderen met een verdenking op een (voedsel-)allergie. Er kan dan gekozen worden om een voedingsmiddel stapsgewijs thuis of in het ziekenhuis te introduceren. Het MACK streeft naar objectieve, kindvriendelijke en geïndividualiseerde diagnostiek bij kinderen met een verdenking op voedselallergie.
De onderzoeken worden uitgevoerd door een postdoctoraal onderzoeker (MD PhD) in samenwerking met de zorgverleners van het MACK. Medisch studenten kunnen in het kader van een onderzoeksstage ook (tijdelijk) bij enkele onderzoeken betrokken zijn. Het is goed om te weten dat u benaderd kunt worden voor deelname aan één of meerdere onderzoeken, dit is geheel vrijwillig.
Promotie
Op 18 december 2024 promoveerde dr. W.W. de Weger aan de Rijksuniversiteit Groningen op het proefschrift getiteld ‘Exploring novel and improving current diagnostics for children with suspected food allergy’. De onderzoeken in het proefschrift werden begeleid door promotor prof. dr. G.H. Koppelman en copromotoren dr. A.W.A. Kamps en dr. A.B. Sprikkelman. Het proefschrift omvat onderzoeken die allemaal bedacht en uitgevoerd zijn in het Martini Ziekenhuis. Daarbij is intensief samengewerkt met het UMCG.
De inzichten in dit proefschrift kunnen worden gebruikt om de diagnostiek naar voedselallergie bij kinderen te verbeteren. Op basis van onze resultaten kan worden geconcludeerd dat de uitkomsten van open provocaties gelijkwaardig zijn aan dubbelblind voor IgE-gemedieerde allergie voor pinda, cashewnoot en hazelnoot. Verder onderzoek is nodig om onze resultaten te bevestigen en te achterhalen in hoeverre dit voor andere belangrijke voedselallergenen geldt. Daarnaast lijken biomarkers in speeksel bruikbaar voor het objectiveren van allergische reacties, al moeten standaardisatie, herhaalbaarheid en validiteit nog verder worden onderzocht. De implementatie van ons algoritme laat kinderen voedingsmiddelen introduceren in hun eigen vertrouwde omgeving. Tegelijkertijd nemen de zorgkosten af doordat er minder voedselprovocatietesten in het ziekenhuis nodig zijn. Aandacht besteden aan de ervaren kwaliteit van leven kan het aantal succesvol uitgevoerde thuisintroducties vergroten.
Het volledige proefschrift is te vinden op Exploring novel and improving current diagnostics for children with suspected food allergy - the University of Groningen research portal