Voet- en enkelartrose
Algemeen
- Neem altijd een geldig legitimatiebewijs mee (rijbewijs, paspoort of identiteitsbewijs).
- Heeft u een zorgverzekering in het buitenland? Neem dan ook uw verzekeringspapieren mee.
- Kunt u om dringende redenen niet komen voor de operatie of het onderzoek? Bel dan met de polikliniek of afdeling.
- Uw persoonlijke medische gegevens en afspraken bekijken? Dat kan in ons digitale patiëntenportaal Mijn Martini. U kunt met uw DigiD inloggen via www.martiniziekenhuis.nl/mijnmartini.
Inleiding
De orthopedisch chirurg heeft bij u artrose aan uw voet en enkel geconstateerd. In deze folder kunt u lezen wat artrose is. Ook leest u meer over de behandelingen. Deze folder geeft extra informatie, naast de mondelinge informatie die u van uw orthopedisch chirurg heeft gekregen.
Voet- en enkelartrose
In de voet en enkel bevinden zich 26 botten, 2 sesambotjes en meer dan 30 gewrichten. Als slijtage (artrose) ontstaat in 1 of meer van deze gewrichten, kan dit de balans en de manier van lopen beïnvloeden.
Artrose is een aandoening van het kraakbeen in gewrichten. In een gewricht komen 2 of meer botten samen. Die botten zijn voorzien van een laagje glad kraakbeen, zodat ze soepel ten opzichte van elkaar kunnen bewegen. Na een breuk, gewrichtsontsteking of door ouderdom kan het kraakbeen van dikte en samenstelling veranderen. Dit kan leiden tot slijtage.
Klachten
Bij voet- en enkelartrose is sprake van slijtage in de enkel (bovenste spronggewricht). Of in de voetgewrichten (vaak het onderste spronggewricht). Dit kan leiden tot pijn bij bewegen, pijn in rust en zwelling rondom de gewrichten. Ook kan het leiden tot verminderde beweeglijkheid van de enkel en de voet.
Behandeling
Afhankelijk van het type, de plaats en de ernst van de artrose zijn verschillende behandelingen mogelijk. Bijvoorbeeld:
- Pijnstillers
- Ontstekingsremmende medicijnen
- Afvallen
- Een enkelbrace
- Aangepast schoeisel om makkelijker te kunnen lopen
Ingrepen
Reageert artrose niet of onvoldoende op deze maatregelen? Dan kan een operatie uitkomst bieden. Welke operatie nodig is, hangt af van de plaats van de artrose. Maar ook in hoeverre het gewricht is aangetast en de mate van uw klachten.
De meest voorkomende chirurgische ingrepen bij voet- en enkelartrose zijn:
- Vastzetten van het gewricht: arthrodese (zie folder Arthrodese)
- Vervangen van het enkelgewricht: enkelprothese
- Schoonmaken van met name het enkelgewricht door een kijkoperatie
Enkelprothese
In sommige gevallen besluit de orthopedisch chirurg om een enkelprothese te plaatsen. Het voordeel ten opzichte van het vastzetten van een enkel(arthrodese), is dat de enkel beweeglijk blijft. Het nadeel is dat een prothese na verloop van tijd kan loslaten. Dit is na ongeveer 10 jaar.
Bij het plaatsen van een totale enkelprothese wordt zowel het uiterste deel van het scheenbeen (tibia), als het bovenste deel van het sprongbeen (talus) vervangen door metaal. Daartussen komt een lager van kunststof, waardoor de prothese soepel kan bewegen.
Tijdens de operatie wordt het versleten gewricht verwijderd en aangepast aan de prothese. De prothese wordt klemvast geplaatst om te kunnen vastgroeien. Na de operatie heeft u een recht litteken over de voorzijde van de enkel.
Kijkoperatie
Een arthroscopie is een kijkoperatie. Bij een arthroscopie wordt met een buis (scoop) in de voet of enkel gekeken. Via een camera kan de arts de beelden op een monitor bekijken. De operatie wordt uitgevoerd via een aantal kleine steekgaatjes (incisies) van ongeveer 1 centimeter. Via 1 sneetje gaat de scoop met spoelvloeistof naar binnen. Via andere sneetjes kunnen instrumenten in de voet of enkel worden gebracht, om daar (waar mogelijk) een afwijking te behandelen.
Mogelijke complicaties
Een artroscopie, arthrodese of enkelprothese leidt in het algemeen niet tot complicaties. In uitzonderlijke gevallen kunnen de volgende complicaties voorkomen:
Beschadiging huidzenuw
Er worden sneden in de huid gemaakt. Hierdoor kan een huidzenuw beschadigd raken. Dit geeft een doof gevoel in een gedeelte van de huid. Meestal verdwijnen deze klachten in de loop van de tijd vanzelf. Soms zijn ze echter blijvend.
Wondinfectie
Er kan wondinfectie optreden. De huid rondom de wond is rood en pijnlijk en dat gaat soms gepaard met koorts.
Trombose
Een bloedvat in het been kan verstopt raken (trombose). Als zo’n verstopping niet wordt behandeld, kan een stolsel naar de longvaten of hersenvaten schieten. Dit kan zeer ernstige gevolgen hebben. Trombose is herkenbaar aan een dikke en pijnlijke kuit. Om trombose te voorkomen, kunt u uw voet regelmatig vanuit de enkel naar u toe trekken. En vervolgens de voet weer strekken.
Heeft u in het verleden ooit een trombosebeen gehad? Of heeft u een verhoogd risico op trombose? Dan vragen wij u dit te melden bij uw behandelend arts.
Andere complicaties
- Het is mogelijk dat de botstukken na een arthrodese niet aan elkaar groeien.
- Functiebeperking door kapselverklevingen na een kijkoperatie of prothese.
- Nalekken van een van de steekgaatjes (incisies).
Nazorg
Bij een kijkoperatie van de enkel worden vaak twee steekgaatjes (incisies) gemaakt. Dit is om de operatie-instrumenten in de enkel te brengen. De gaatjes worden gehecht en deze hechtingen kunnen door de huisarts na 10 dagen worden verwijderd. Vaak is het mogelijk om de enkel direct te belasten. Na 6 weken wordt u op de polikliniek verwacht voor de nacontrole.
Wanneer het bovenste of onderste spronggewricht wordt vastgezet, krijgt u na de operatie gedurende 3 maanden een onderbeengips. De eerste 6 weken mag u niet op de voet staan. De 6 weken daaropvolgend mag u in het gips lopen.
Roken
Het is belangrijk voor en na de operatie niet te roken of te stoppen met roken, omdat dit de botgenezing sterk bevordert. Het risico op het niet aan elkaar groeien van de botstukken neemt dan af.
Plaatsing
Een enkelprothese wordt op strikte indicatie geplaatst. Dit is vaak bij oudere patiënten met slijtage en bij reumapatiënten. Na plaatsing van de prothese wordt gedurende de eerste 2 weken een gipsverband aangelegd. Dit is om de wondgenezing te bevorderen. De daaropvolgende 4 weken kunt u onbelast gaan oefenen.
Resultaat
De operaties leiden meestal tot minder pijn. Daardoor worden de dagelijkse activiteiten gemakkelijker. Vaak is het wel nodig na de operatie een steunzool of aangepaste schoen te dragen. Natuurlijk worden de voeten niet helemaal ‘normaal’. Maar hun functie, stand en belastbaarheid verbeteren wel.
Versie: 1496035 07-2023 Voet- en enkelartrose