Aan het laden

Martini offers Google® Translate as a convenience for visitors to our web site who may not have Dutch as their primary language. Google® Translate provides automated translations, which may result in incorrect or misleading translations. Martini is not responsible for any translations provided by Google® Translate or for any damages or losses arising from the use of or reliance on these translations. Viewers who rely on information through Google® Translate on our web site do so at their own risk.

Go to Google Translate

  1. Home
  2. Folders
  3. Infectie bij een prothese
Terug naar bovenliggende pagina

Infectie bij een prothese

Folder

Algemeen

  • Neem altijd een geldig legitimatiebewijs mee (rijbewijs, paspoort of identiteitsbewijs).
  • Heeft u een zorgverzekering in het buitenland? Neem dan ook uw verzekeringspapieren mee.
  • Kunt u om dringende redenen niet komen voor de operatie of het onderzoek? Bel dan met de polikliniek of afdeling.
  • Uw persoonlijke medische gegevens en afspraken bekijken? Dat kan in ons digitale patiëntenportaal Mijn Martini. U kunt met uw DigiD inloggen via www.martiniziekenhuis.nl/mijnmartini.

Inleiding

U bent opgenomen op de afdeling Orthopedie van het Martini Ziekenhuis. Dit is omdat er (misschien) sprake is van een infectie bij uw gewrichtsprothese. In deze folder leest u over een infectie, de behandeling en de opname op de afdeling. Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen? Stel die dan gerust aan uw behandelend arts, verpleegkundig specialist of verpleegkundige op de verpleegafdeling

Infectie

Een ontsteking van een (operatie)wond door bacteriën noemen we een infectie. Na het plaatsen van de prothese kan zo’n infectie ontstaan. Een infectie bij een prothese kan leiden tot allerlei klachten. De prothese kan uiteindelijk zelfs loslaten. Ook kan een infectie ertoe leiden dat u ziek wordt met hoge koorts. Daarom is een snelle behandeling nodig.
We onderscheiden een acute (vroege) en een chronische (late) infectie.

Acute infectie

Een acute prothese infectie ontstaat kort na de operatie (binnen 3 maanden). Kenmerken zijn een rode vurige wond, met zwelling en pijn. Ook kan er wondvocht of pus uit de wond lekken. Deze infectie kan ook optreden op een later moment in uw leven. Is er ergens anders in het lichaam een infectie? Bijvoorbeeld een ontstoken kies of een rode ingegroeide teennagel? Dan kan een bacterie via uw bloedbaan bij de prothese komen.

Chronische infectie

Een chronische infectie betekent dat deze pas na maanden of jaren ontdekt wordt. Een kenmerk hiervan is een toenemend pijnlijk gewricht.

Voorzorgsmaatregelen om een infectie te voorkomen

Tijdens de opname en de operatie nemen we verschillende voorzorgsmaatregelen om een infectie te voorkomen. Die leest u hieronder:

  • Mensen die drager zijn van de aureus-bacterie krijgen voor de operatie een behandeling (Hibiscrub en Bactroban-neuszalf).
  • Patiënten douchen voor de operatie.
  • Patiënten worden met een schoon bed naar de operatiekamer gereden.
  • In de operatiekamer werken we steriel.
  • Tijdens en na de operatie krijgt elke patiënt die een prothese krijgt, preventief antibiotica om een infectie te voorkomen.
  • Wondverzorging op de verpleegafdeling gebeurt zo steriel mogelijk. Net als op de operatiekamer, zodat ook daar de kans op infectie wordt geminimaliseerd.

Ondanks al deze maatregelen blijft er altijd kans op een infectie. Ook kan een infectie zoals op een andere plaats in het lichaam via de bloedbaan overslaan naar de prothese.

Behandeling

Om de infectie te bestrijden, reinigt de orthopedisch chirurg uw geïnfecteerde prothese en het weefsel daaromheen. Dat gebeurt tijdens een operatie. Dit heet een DAIR-procedure.
Tijdens de operatie neemt de orthopedisch chirurg kweken (kleine stukjes weefsel) af. De microbioloog onderzoekt deze stukjes weefsel op bacteriën. De DAIR- procedure moet soms herhaald worden.

Verwijdering prothese

Soms is de infectie zo ernstig dat de prothese verwijderd moet worden. U hebt in dat geval tijdelijk geen prothese. Zo kan het geïnfecteerde gebied tot rust komen en bacterievrij worden. De orthopedisch chirurg kan dan een spacer plaatsen. Dit is een tijdelijke prothese van cement. In dit cement zit antibiotica. De spacer vult de plaats op waar de prothese zat, waardoor uw spieren de goede lengte houden.  Bij een latere operatie kan de orthopedisch chirurg de nieuwe prothese dan makkelijker plaatsen.
Pas als het gebied bacterievrij is, kan een nieuwe prothese geplaatst worden. Zijn nog niet alle bacteriën verdwenen? Dan is de kans groot dat de nieuwe prothese ook weer geïnfecteerd raakt. Meestal gaan er 6 weken tot 3 maanden overheen voordat de orthopedisch chirurg een nieuwe prothese kan plaatsen. Soms gaat hier nog langere tijd overheen.

Antibiotica via infuus

Na de operatie krijgt u antibiotica via een infuus. U krijgt eerst een zogenaamd breedspectrum antibiotica. Dat betekent dat het een groot aantal bacteriën bestrijdt. De microbioloog onderzoekt ondertussen welke bacterie de infectie bij u veroorzaakt. Dat duurt ongeveer 5 werkdagen. Is bekend is welke bacterie de infectie veroorzaakt? Dan wordt er overgegaan op een zogenaamd smalspectrum antibiotica. Dat bestrijdt de specifieke bacterie.

Op de verpleegafdeling

Als u eenmaal op de verpleegafdeling bent opgenomen, zijn er een paar dingen waar u rekening mee kunt houden. Ook zijn er dingen waar u zich op kunt voorbereiden:

Antibiotica

U krijgt in ieder geval 2 weken antibiotica via het infuus. De hele antibiotica behandeling duurt 3 tot 6 maanden. De antibiotica kan voor bijwerkingen zorgen, zoals verminderde eetlust, misselijkheid en diarree. Probeer voldoende vocht binnen te krijgen en voldoende te eten. Om u hierbij te helpen, komt een diëtiste bij u langs.

Psychische ondersteuning

Een opname vanwege een infectie bij uw gewrichtsprothese kan aangrijpend zijn voor u en uw naasten. Misschien heeft u daardoor behoefte aan psychische ondersteuning. Dit wordt u door de verpleegkundige aangeboden. Maar u mag hier natuurlijk ook zelf om vragen.

Bloedafname en bloeddrukcontrole

Bij iedere patiënt nemen we 3 keer per week bloed af om de infectiewaarden te controleren. Zo kan de arts zien of de behandeling goed effect heeft. Ook worden de nierfuncties en leverfuncties 1 keer per week gecontroleerd. Ook dit doen we door bloedonderzoek. Dit is belangrijk omdat antibiotica ervoor kan zorgen dat de nieren en de lever minder goed functioneren.
De verpleegkundige meet 3 keer per dag de bloeddruk, de temperatuur en de pols. Dit is om uw lichamelijke conditie en de reactie op de antibiotica in kaart te brengen.

Eenpersoonskamer

Omdat u op een afdeling ligt met patiënten die net een nieuwe prothese hebben gekregen, ligt u op een éénpersoonskamer. Dit betekent ook dat u de eerste tijd (totdat de wond helemaal droog is), in uw kamer moet doorbrengen (isolatieverpleging). Zo willen we voorkomen dat een andere patiënt ook een infectie oploopt. Bezoek kan natuurlijk gewoon langskomen. Aandachtspunten voor het bezoek hangen op de deur van de patiëntenkamer.

Bedrust

Na de operatie krijgt u meestal een aantal dagen bedrust om de wond rustig te laten genezen. Afhankelijk van de operatie mag u, als de wond weinig meer lekt, belast of onbelast door uw kamer bewegen. Dit gaat in overleg met de arts of verpleegkundig specialist. De fysiotherapeut geeft u een aantal oefeningen om uw spieren in conditie en op lengte te houden.

Isolatieverpleging

De verpleegkundige draagt  bij de wondverzorging altijd handschoenen en een blauw schort (isolatieverpleging).

Trombose risico

Door de operatie bent u vaak minder mobiel. Daardoor heeft u kans op trombose (klontering van het bloed). Om dit te voorkomen, krijgt u na de operatie iedere dag een paar weken lang bloedverdunnende injecties toegediend.

Nieuwe prothese

Als de orthopedisch chirurg uw prothese heeft verwijderd, plannen we een datum voor de volgende operatie. Een nieuwe prothese kan vaak pas na 6 tot 12 weken geplaatst worden.

Wondspoeling

Soms is de infectie niet voldoende onder controle. Dit merkt u bijvoorbeeld doordat u koorts krijgt. Of door stijgende infectiewaardes in het bloed. Ook kan er pusachtig wondvocht uit de wond komen. Als dat zo is, zal de orthopedisch chirurg de wond weer willen spoelen.

Infectiebespreking

Elke woensdagmiddag is er een bespreking  met orthopedisch chirurgen, arts-assistenten, verpleegkundig specialist, microbioloog en infectioloog. Dit noemen we de multidisciplinaire infectiebespreking. Tijdens dit overleg wordt besproken wat op dat moment de beste behandeling voor u is. Als er tijdens dit overleg veranderingen in uw behandeling worden afgesproken, laten wij u dat natuurlijk weten.

Ontslag

De behandelend orthopedisch chirurg is eindverantwoordelijk en beslist wanneer u met ontslag mag. Dat kan als u geen verschijnselen van een infectie meer heeft (geen koorts en de pijn is onder controle). Ook wordt gekeken of de wond dicht is of nog minimaal lekt. En of de ontstekingswaardes in het bloed naar beneden gaan.
Als het ontslag in gang gezet kan worden, overleggen we met u of u naar huis toe kunt. Als het nodig is, met inzet van thuiszorg. Ook wordt er overlegd of u nog revalidatie nodig heeft in een verpleeghuis.
Soms is het noodzakelijk dat u antibiotica via het infuus blijft krijgen in plaats van over te gaan op tabletten of capsules. Samen kijken we of dat thuis haalbaar is of dat u daarvoor naar een verpleeghuis moet.
Nadat u met ontslag bent gegaan, blijft u onder controle van de orthopedisch chirurg. U komt 1 tot 2 weken nadat u met ontslag bent gegaan terug bij de verpleegkundig specialist voor controle. 6 weken na ontslag komt u voor controle terug bij uw behandelend orthopedisch chirurg.

Versie: 20150122 08-2023 infectie bij een prothese

Specialisme: Orthopedie
Deel via e-mail

Deze website plaatst cookies. Dit doen we om onze site gebruiksvriendelijker te maken, onder andere door analyse van het bezoekersgedrag. Maar u blijft anoniem.