Martini offers Google® Translate as a convenience for visitors to our web site who may not have Dutch as their primary language. Google® Translate provides automated translations, which may result in incorrect or misleading translations. Martini is not responsible for any translations provided by Google® Translate or for any damages or losses arising from the use of or reliance on these translations. Viewers who rely on information through Google® Translate on our web site do so at their own risk.
U krijgt een operatie aan uw ooglid of oogleden. Een operatie aan uw oogleden wordt uitgevoerd door de oogarts. Hier leest u hoe u zich kunt voorbereiden op de operatie. Daarnaast leest u informatie over de operatie en wat u na de operatie kunt verwachten. Deze folder is een aanvulling op het gesprek met uw oogarts.
De huid van de oogleden is erg dun en daardoor gevoelig voor verslapping. Veel mensen ontwikkelen dan ook in de loop der jaren een teveel aan huid in de oogleden. Een gering teveel aan huid in de oogleden is alleen cosmetisch storend. Wanneer de huid echter over de ooglidrand hangt veroorzaakt dit beperkingen van het bovenste gezichtsveld. Vaak verslapt niet alleen de huid, maar ook het onderliggende bindweefsel. Hierdoor kan vet uit de oogkas naar voren gaan uitpuilen. Dit veroorzaakt zwelling van het ooglid.
Deze geschiedt onder plaatselijke verdoving. Het teveel aan huid en eventueel vet wordt verwijderd. Na de operatie sluit het oog wat slechter. Hierdoor kan tijdelijk een gevoel van irritatie of zanderigheid optreden. Het litteken van de operatie valt weg in de huidplooi. Veroudering veroorzaakt soms een lagere positie van de wenkbrauw. Het kan nodig zijn dit eerst te corrigeren.
Wanneer het teveel aan huid een beperking van het gezichtsveld veroorzaakt wordt de operatie door de verzekering vergoed. In het algemeen zal uw oogarts tevoren toestemming voor de ingreep aan uw zorgverzekeraar vragen.
Gebruikt u bloedverdunnende medicijnen? Dan heeft de oogarts met u afgesproken wanneer u moet stoppen met slikken. Soms gaat dat in overleg met uw huisarts of specialist.
De operatie vindt plaats onder plaatselijke verdoving. De oogarts geeft u enkele injecties om de huid te verdoven. Vervolgens maakt de arts een snee in de huid om deze te corrigeren. De wond wordt na de ingreep gehecht.
Enige napijn, zwelling en gering bloedverlies is na de ingreep normaal.
Het is belangrijk om de wond te koelen, dit verminderd de zwelling. U kunt dit als volgt doen: leg een nat washandje in de koelkast, en leg dit koude washandje gedurende 10 minuten op het oog. Herhaal dit na 1-2 uur. Dit doet u de dag van de operatie en de volgende morgen, 's nachts hoeft het niet.
Blijft de wond bloeden, druk met een schoon gaasje of een schone doek de wond gedurende 15 minuten dicht.
Mocht zich een dikke korst op de wond vormen, dan kunt u deze verwijderen door te deppen met een natte schone doek. U mag wel douchen maar houd de wond de eerste 24 uur droog; we raden aan om ongeveer drie weken niet te zwemmen.
Vermijd direct zonlicht door een zonnebril te dragen of goed in te smeren met een zonnebrandmiddel met hoge beschermingsfactor.
Na twee dagen kunt u het wondje dun insmeren met vaseline, dan blijft het soepel en kan de hechting makkelijker verwijderd worden.
Na 7-10 dagen worden de hechtingen verwijderd op onze polikliniek, hiervoor krijgt u een afspraak.
Het is van belang dat vooral de eerste dagen na de operatie zo min mogelijk druk op uw hoofd komt te staan. U mag niet teveel bukken, persen of zwaar tillen.
Uw oog kan er in de eerste dagen gezwollen en blauw uitzien. De ergste zwelling en verkleuring verdwijnen na ongeveer 10 dagen. Pas na drie maanden kunt u het definitieve resultaat van de ingreep zien. Uw ooglid kan wel tijdelijk strak aanvoelen. Dit herstelt zich in de loop van een aantal weken meestal vanzelf.
Het kan zijn dat u vlak na de operatie het oog niet helemaal goed kan sluiten. U krijgt een ooggel mee na de operatie. Er zit geen medicatie in de gel, het is puur voor bevochtiging en bescherming van het oog. De gel kunt u 3x per dag in het oog doen, om uitdroging van het oog te voorkomen. Ook helpt de gel tegen irritatieklachten. Nadat de hechtingen verwijderd zijn, kunt u weer stoppen met de gel.
Ooglidoperaties zijn in het algemeen niet gevaarlijk. Zoals aan elke operatie is er toch een zeker risico aan verbonden. Een blauw oog komt vaak voor, maar geneest snel. Lelijke littekens en infecties treden zeer zeldzaam op. Een geringe asymmetrie in de hoogte van de huidplooi of de littekens kan voorkomen. Het verouderingsproces van de huid wordt niet gestopt door de operatie, dus het kan zijn dat in de toekomst de operatie herhaald moet worden.
De ernstigste complicatie van een ooglidoperatie is blindheid. Dit komt bij minder dan 1 op de 50.000 operaties voor. De oorzaak is een bloeding na de operatie waarbij het bloed zich ophoopt in de oogkas. Daardoor raken de oogzenuw en het oog beklemd.
De verdovingsvloeistof die wordt gebruikt, bevat een vaatvernauwend middel. Dit beperkt het bloeden tijdens de operatie, maar als dit na de operatie uitgewerkt is, kunnen nabloedingen optreden. Meestal zijn die beperkt en leiden ze hooguit tot blauwe plekken in het boven- of onderooglid. De mate waarin blauwe plekken optreden verschilt sterk per
persoon. Als er bloed uit de wond komt, dient u 15 minuten met een gaasje te drukken op de wond. Dit is meestal voldoende op de bloeding te stelpen. Lukt dat niet, neem dan contact op.
Bloedingen die een uitpuilend oog veroorzaken kunnen het gezichtsvermogen bedreigen. Neem dan direct contact op. Soms is het nodig de wond te openen.
Als in de dagen na de operatie de pijn toeneemt, kan er infectie zijn opgetreden. Behandeling met antibiotica kan dan nodig zijn.
Bij vragen kunt u contact opnemen met de polikliniek Oogheelkunde van het Martini Ziekenhuis 050-5246990. Buiten kantooruren het algemene nummer van het Martini Ziekenhuis 050-5245245.