Medische Psychologie (polikliniek)
Op werkdagen van 8.00 tot 16.00 uur
Tel.: (050) 524 5990
Routenummer: 2.7
Martini offers Google® Translate as a convenience for visitors to our web site who may not have Dutch as their primary language. Google® Translate provides automated translations, which may result in incorrect or misleading translations. Martini is not responsible for any translations provided by Google® Translate or for any damages or losses arising from the use of or reliance on these translations. Viewers who rely on information through Google® Translate on our web site do so at their own risk.
Mensen met een lichamelijke ziekte kunnen een delier krijgen. Dat betekent dat iemand acuut verward wordt. Soms zit het delier de behandeling in de weg. In deze folder leest u wat een delier is, hoe het ontstaat en wat u ervan merkt. Ook leest u hoe een delier behandeld wordt en wat u als naaste kunt doen om te helpen. Als laatste wat u na het delier nog kunt merken.
Een delier is de naam voor plotselinge verwardheid. Een delier komt regelmatig voor bij mensen met een lichamelijke ziekte. Het delier ontstaat doordat de hersenen informatie niet goed meer kunnen verwerken. Dit kan leiden tot plotselinge verwardheid. Deze verwardheid is te vergelijken met het ijlen van een koortsig kind. Patiënten hebben zelf vaak niet door dat ze verward zijn, dat merkt vooral hun omgeving.
Veel mensen denken bij het horen van het woord delier aan alcoholverslavingen. Maar een delier komt ook voor bij mensen die niet of nauwelijks alcohol drinken. Zaken die de kans op een delier vergroten, zijn:
Als een patiënt wordt opgenomen, onderzoekt de verpleegkundige de kans op een delier.
Een delier ontstaat vrij plotseling. Vaak binnen enkele uren tot dagen na opname in het ziekenhuis. Meestal verergeren de symptomen ’s avonds en ’s nachts. Daardoor slaapt iemand met een delier minder goed.
Overdag kan de verwardheid veel minder of zelfs helemaal verdwenen zijn. Vaak weet een patiënt overdag niet meer wat hij de vorige nacht heeft gedaan. Het delier kan enkele uren tot enkele dagen duren. Soms duurt het zelfs enkele weken.
Het verloop van een delier hangt af van de lichamelijke aandoening en het herstel. Gaat het om klachten die voorbijgaan? Dan zal het delier meestal ook voorbijgaan. Komt het delier door een beschadiging in de hersenen? Dan kan het delier langer duren. Soms kan het niet meer helemaal herstellen.
Het delier is een uiting van een verstoorde hersenfunctie door een lichamelijke oorzaak. Meestal is sprake van een combinatie van oorzaken. Oorzaken van een delier zijn bijvoorbeeld:
De behandeling van een delier richt zich op 3 zaken:
Bij het Martini Ziekenhuis is een delierteam. Dit bestaat uit medewerkers van de ziekenhuispsychiatrie en geriatrie. Het delierteam adviseert over de behandeling en ondersteunende maatregelen.
Tegen onrust, angst, waanideeën en hallucinaties wordt meestal medicatie voorgeschreven.
Het is belangrijk de verwardheid zoveel mogelijk te verminderen met ondersteuning en begeleiding. Het besef van tijd is bijvoorbeeld te verbeteren door een klok en een kalender. Het besef van de realiteit kan worden verbeterd door vertrouwde voorwerpen of foto’s. Een eventuele bril of een gehoorapparaat moet ook worden gebruikt.
Door een delier kan een patiënt vaak minder goed meehelpen met de behandeling. Soms doet hij door de verwardheid zelfs dingen die gevaarlijk zijn. Bijvoorbeeld sondes eruit trekken, een katheter verwijderen, uit bed komen, enzovoorts. Hierdoor kan het soms nodig zijn om de vrijheid van de patiënt te beperken. Dat heten vrijheidsbeperkende maatregelen.
Het is voor de naasten niet prettig om te zien dat de patiënt in vrijheid beperkt wordt. Daarom willen artsen er alles aan doen om dit te voorkomen. Doet zo'n situatie zich toch voor? Als vrijheidsbeperkende middelen wel nodig zijn, dan zoekt de arts naar het minst ingrijpende middel. Voorbeelden van vrijheidsbeperkende middelen zijn bedhekken, een trippelhoes of banden rond de middel en/of polsen. Dit wordt zo snel mogelijk met de contactpersoon van de patiënt besproken.
Het is voor een patiënt vaak heel fijn als zijn of haar naasten vaker op bezoek komen. Als naaste kunt u dingen doen om de verwardheid te verminderen. Soms kan het gebruiken van vrijheidsbeperkende maatregelen hiermee worden voorkomen.
Het kan zijn dat u thuis een tijdje last houdt van het delier. Misschien heeft u wat meer moeite om u te concentreren. Dit kan een paar weken aanhouden. Ook kan het zijn dat u angstige of nare gevoelens heeft overgehouden aan het delier.
Heeft u na 3 maanden nog last van de gevolgen van het delier? Neem dan contact op met uw huisarts. Met de huisarts kunt u uw klachten bespreken. De huisarts kan u dan doorverwijzen naar het ziekenhuis. Dan kijkt het ziekenhuis welke hulp u kunt krijgen.
Wanneer iemand een delier heeft gehad, is er een grotere kans op een nieuw delier. Dat ontstaat bijvoorbeeld bij ziekte, een ziekenhuisopname of een operatie. Bij iedere opname in het ziekenhuis is het daarom belangrijk om te zeggen dat u eerder een delier heeft gehad. Dan nemen de arts en verpleegkundige maatregelen. Hiermee voorkomen ze een nieuw delier of zorgen ze dat de klachten minder ernstig zijn.
Het ontstaan van een delier kan het eerste teken van een lichamelijke ziekte zijn. Meld uw delier daarom ook altijd bij uw huisarts.
Versie: 20140024 delier- 29-11-2023