Voorbereiding
Voor de operatie bezoekt u het preoperatief spreekuur. Daarna heeft u een gesprek met de verpleegkundig casemanager over de voorbereidingen voor de operatie, uw thuissituatie en de nazorg thuis. Indien u bloedverdunnende middelen gebruikt, wilt u dit dan melden aan uw arts. Met dergelijke medicijnen moet u vóór de operatie stoppen. Uw arts geeft u instructies hiervoor.
Opname
Een dag voor de operatie gaat u voor opname naar het ziekenhuis. U meldt zich bij de opnamebalie in de ontvangsthal en vervolgens bij de verpleegafdeling Longziekten. Op de afdeling ontmoet u de mensen die bij uw operatie en zorg betrokken zijn. De fysiotherapeut komt bij u langs en geeft u oefeninstructies voor na de operatie.
De avond vóór de operatie kan u slaapmedicatie krijgen. Na 24.00 uur mag u niet meer eten, drinken en roken, omdat u voor de operatie nuchter moet zijn. Een slokje water is nog wel toegestaan. Op de dag van de operatie trekt u operatiekleding aan, doet uw eventuele gebitsprothese uit en sieraden af en verwijdert eventueel nagellak. De verpleegkundige brengt u in uw bed naar de operatieafdeling.
Operatie
De anesthesioloog start met de verdoving. U krijgt een ruggenprik, waarbij een slangetje in uw rug achterblijft voor de toediening van de pijnbestrijding voor de eerste dagen na de operatie. Ook krijgt u een infuus (een naald met daaraan een slangetje) in uw arm, voor de toediening van vocht, medicijnen en de anesthesie.
De operatie verloopt via VATS (Video Assisted Thoracoscopic Surgery). Dat is een longoperatie via de kijkoperatietechniek. Het Martini ziekenhuis heeft al jaren veel ervaring in het uitvoeren van longchirurgie met deze techniek. Via een aantal kleine sneetjes brengen we een camera en operatie-instrumenten in het lichaam. Via een beeldscherm ziet de chirurg de longen en kan zo heel precies opereren. VATS is een manier van minimaal invasieve chirurgie. Dit betekent dat er minder bloedverlies is en zo min mogelijk schade aan spieren, pezen en de huid. Het herstel gaat sneller, waardoor het verblijf in het ziekenhuis korter is. Na de operatie heeft u vaak minder pijn, ook op de lange termijn.
De chirurg haalt soms ook weefsel uit de omgeving van de long. Dit gaat samen met het weggenomen longweefsel naar het laboratorium voor nader onderzoek. Tot slot laat de chirurg in uw borstholte 1 slang (drain) achter, voor de afvoer van wondvocht en lucht, en sluit de operatiewond. De operatie duurt gemiddeld 1 tot 2 uur. Na een VATS blijft u gemiddeld 5 dagen in het ziekenhuis.
Nazorg
Ongeveer 5 tot 7 werkdagen na de operatie is de uitslag van het weefselonderzoek bekend. De longarts brengt u op de hoogte en vertelt welke vervolgbehandeling eventueel nodig is en wat uw vooruitzichten zijn. Dit gesprek vindt ofwel plaats tijdens uw ziekenhuisopname of tijdens een aparte afspraak op de polikliniek. Voor het verwijderen van de hechtingen kunt u een afspraak maken met de huisarts.
Bij uw ontslag ontvangt u onder andere een brief voor de huisarts, recepten voor medicijnen en als u Sintrom gebruikt een afspraak en een aanmeldformulier voor de Trombosedienst. Zo nodig heeft de verpleegkundige thuiszorg voor u geregeld. Het is de bedoeling dat u thuis zo snel mogelijk weer in uw oude ritme komt. Houdt u er rekening mee dat de pijn in de flank wel 2 tot 3 maanden aanhoudt. U kunt hiervoor pijnstillers gebruiken.
Heeft u na 48 uur na het verwijderen van de drain complicaties, neemt u dan contact op met de verpleegafdeling Longziekten. Voor andere vragen kunt u ook terecht bij uw verpleegkundig casemanager. Meestal heeft u binnen 4 weken na uw ontslag een controleafspraak bij de longarts op de polikliniek.
Versie: 12 februari 2020