Medische Psychologie (polikliniek)
Op werkdagen van 8.00 tot 16.00 uur
Tel.: (050) 524 5990
Routenummer: 2.7
Martini offers Google® Translate as a convenience for visitors to our web site who may not have Dutch as their primary language. Google® Translate provides automated translations, which may result in incorrect or misleading translations. Martini is not responsible for any translations provided by Google® Translate or for any damages or losses arising from the use of or reliance on these translations. Viewers who rely on information through Google® Translate on our web site do so at their own risk.
Ligt u ’s nachts regelmatig wakker? Of komt u ’s avonds maar moeilijk in slaap? Dat is lastig. Slaapproblemen kunnen namelijk grote invloed hebben op uw dagelijks leven; zowel op uw gezin, uw werk als uw vrije tijd. U kunt zelf veel doen om uw slaapproblemen aan te pakken. Wat u kunt doen, leest u in deze folder.
We spreken van slapeloosheid wanneer u:
Soms heeft slapeloosheid een duidelijke oorzaak, zoals een lichamelijke ziekte of een mentaal probleem. Maar vaak is er geen duidelijke oorzaak te vinden. Er zijn verschillende dingen die aan de slaapproblemen bijdragen.
Bijvoorbeeld kan meespelen dat mensen denken dat ze slecht slapen, terwijl dat niet zo is. Dit kan ontstaan doordat we geen goed geheugen hebben voor slaap, maar wel voor wakker zijn. Als we in een uur slaap vier keer een halve minuut wakker zijn, worden die 2 minuten onthouden. Maar de 58 minuten die we wel hebben geslapen, zijn ons ontgaan. We denken dan dat we weinig hebben geslapen. Dat leidt tot stress over slaap.
Mensen die langere tijd aan slapeloosheid lijden, kunnen zich zorgen maken over de slaap(problemen) of angst voelen om naar bed te gaan ‘omdat het toch weer niet gaat lukken’.
Daarbij proberen we van alles om in slaap te vallen. Bijvoorbeeld lang in bed blijven liggen, een slaapmiddel nemen of alcohol drinken. Vaak met tegenovergesteld effect, waardoor het slapen nog slechter gaat. Dit is bijna nooit de oorzaak van slapeloosheid. Wel zorgt het ervoor dat de slapeloosheid blijft bestaan en zelfs verergert; er ontstaat een vicieuze cirkel.
Herkent u dit? Dan kunnen onderstaande slaaptips u helpen om beter te slapen.
Soms duurt het even voor onderstaande tips helpen. Dat is normaal.
Neem zorgen niet mee naar bed. Piekeren (ook over niet slapen) kan ervoor zorgen dat u moeilijk in slaap valt. Als uw gedachten u wakker houden, kunt u overdag een ‘piekerkwartiertje’ reserveren. Op deze manier heeft u deze zorgen al een keer overdacht en/of opgeschreven.
Probeer niet krampachtig om in slaap te vallen. Dit maakt het probleem alleen maar groter. U kunt dan beter even uit bed stappen en iets ontspannends doen bij weinig licht (geen beeldschermen). Lees bijvoorbeeld iets ontspannends, luister naar rustige muziek, maak een puzzeltje of doe een ontspanningsoefening. Wakker zijn moet namelijk niet beloond worden. Wanneer u zich weer slaperig voelt, gaat u terug in bed. Herhaal dit als u weer niet kunt inslapen.
Draai de wekker om. Voortdurend op de klok kijken als u wakker ligt, kan voor frustraties of angst zorgen. Hierdoor blijft u juist wakker liggen.
Slaap niet meer dan nodig is om u de volgende dag uitgerust te voelen. Beperk de tijd die u in bed doorbrengt. Dit helpt om de slaap te verankeren en dieper te slapen. Lange bedtijden leiden tot een verbrokkelende en lichte slaap.
Sta elke dag om dezelfde tijd op. Dit helpt om ’s avonds gemakkelijker op dezelfde tijd in slaap te vallen, en om het biologische slaapritme te verankeren.
Zorg voor rust en ontspanningsmomenten overdag. Stress en spanning kunnen de slaap verstoren. Ontspannen kan op verschillende manieren. Maak bijvoorbeeld een wandeling, doe een ontspanningsoefening of ga iets lezen.
Zorg voor regelmatige lichaamsbeweging. Dit heeft een gunstige invloed op spanning en stress. Vermijd intensief bewegen vlak voordat u gaat slapen. Dit maakt u actief, waardoor u minder makkelijk inslaapt.
Doe geen dutjes overdag. Dit kan het inslapen bemoeilijken en de slaap ’s nachts verstoren. Kunt u niet zonder een middagdutje de dag doorkomen? Doe dan een power nap van maximaal 30 minuten, vóór 15.00 uur.
Beperk stimulerende middelen overdag en in de avond. Denk hierbij aan koffie, zwarte en groene thee, energiedranken, chocolade en nicotine. Deze middelen kunnen het inslapen bemoeilijken en uw slaap lichter maken. Hierdoor wordt u regelmatig wakker. Alcohol zorgt voor verstoring van de slaap in de tweede helft van de nacht. Beperk de inname van alcohol overdag en neem ook geen alcohol als slaapmutsje.
Werken deze adviezen niet goed (genoeg)? Dan is het verstandig om weer contact op te nemen met uw arts of verpleegkundige. Samen bespreekt u of een verwijzing naar Medische Psychologie nodig is.
In het eerste gesprek bespreekt de medisch psycholoog uw klachten met u. Vervolgens kan de medisch psycholoog een psychologisch testonderzoek voorstellen. Dit is een manier om uw klachten verder te onderzoeken. Daarna volgt er meestal kortdurende behandeling. U bepaalt samen met de psycholoog welke hulp u nodig heeft om de klachten te verminderen. Ook bespreekt u samen met de psycholoog wie deze hulp het beste kan bieden. Dit kan in het ziekenhuis zijn of bij een andere instantie/hulpverlener.
Soms is er een langere behandeling of een uitgebreider onderzoek nodig. Dan kan de medisch psycholoog u een doorverwijzing naar een andere instantie of een andere hulpverlener adviseren.
Tijdens de therapie onderzoekt u welke dingen aan uw slaapprobleem bijdragen. Denk hierbij aan uw lichamelijke gesteldheid, uw denkwijze of uw gedrag. Ook ontdekt u wat u zelf kunt beïnvloeden en hoe u dat kunt doen. Via opdrachten werkt u aan het veranderen van ingesleten patronen. Naast cognitieve gedragstherapie kan er gebruik worden gemaakt van EMDR en van hypnotherapie. De psycholoog kijkt samen met u welke therapie het beste bij u past.
Heeft u naar aanleiding van deze informatie nog vragen? Neem dan contact op met het Slaapcentrum, telefoon (050) 524 5930, of met de afdeling Medische Psychologie, telefoon (050) 524 5990.
Versie: 20170044 Slaapbevorderende adviezen 2025-01