Aan het laden

Martini offers Google® Translate as a convenience for visitors to our web site who may not have Dutch as their primary language. Google® Translate provides automated translations, which may result in incorrect or misleading translations. Martini is not responsible for any translations provided by Google® Translate or for any damages or losses arising from the use of or reliance on these translations. Viewers who rely on information through Google® Translate on our web site do so at their own risk.

Go to Google Translate

  1. Home
  2. Folders
  3. Totale knieprothese, halve knieprothese, knieschijfprothese
Terug naar bovenliggende pagina

Totale knieprothese, halve knieprothese, knieschijfprothese

Folder

Algemeen

  • Neem altijd een geldig legitimatiebewijs mee (rijbewijs, paspoort of identiteitsbewijs).
  • Heeft u een zorgverzekering in het buitenland? Neem dan ook uw verzekeringspapieren mee.
  • Kunt u om dringende redenen niet komen voor de operatie of het onderzoek? Bel dan met de polikliniek of afdeling.
  • Uw persoonlijke medische gegevens en afspraken bekijken? Dat kan in ons digitale patiëntenportaal Mijn Martini. U kunt met uw DigiD inloggen via www.martiniziekenhuis.nl/mijnmartini.

Inleiding

In overleg met uw orthopedisch chirurg heeft u een afspraak gemaakt voor een operatie aan uw knie. In deze folder kunt u lezen hoe de ingreep verloopt en hoe u zich op de operatie voorbereidt. Deze folder is een aanvulling op het gesprek met uw orthopedisch chirurg en de orthopedieconsulent.

Het is belangrijk dat u de informatie goed doorleest. Bij voorkeur samen met uw partner, familie of een kennis. Op die manier begint u goed voorbereid aan de operatie en het herstel. Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen? Stelt u die dan aan de orthopedieconsulent of aan de afdelingsverpleegkundige. Als dat nodig is, wordt er contact opgenomen met uw behandelend orthopedisch chirurg.

Motivatie

Voor het slagen van de knieoperatie en uw herstel is uw eigen motivatie heel belangrijk. De eerste dag na de operatie komt de fysiotherapeut bij u langs om te oefenen en uitleg te geven over het oefenschema. Dit oefenschema krijgt u mee zodat u hier thuis mee door kunt gaan.

Wetenschappelijk onderzoek

Het kan zijn dat u wordt gevraagd om mee te doen aan een wetenschappelijk onderzoek. Uw deelname is geheel vrijwillig. Als u hierover vragen heeft, dan stelt u die aan uw behandelend orthopedisch chirurg.

Opleidingsziekenhuis

Het Martini ziekenhuis is een opleidingsziekenhuis. Dit betekent dat u naast de behandelend specialist, ook arts-assistenten en/of coassistenten in opleiding tegen kunt komen. Zij werken altijd onder supervisie van de specialisten en zijn betrokken in het hele traject dat u als patiënt doorloopt. Ze doen bijvoorbeeld poliklinische consulten. Ook lopen ze visite op de verpleegafdeling. En ze voeren operaties uit en zijn ook betrokken bij de nazorg. Alle handelingen worden samen met of onder supervisie van de specialist uitgevoerd. De kwaliteit van zorg en uw veiligheid zijn hierbij altijd gewaarborgd.

De knie

De knie bestaat uit 3 botdelen: het bovenbeen, het onderbeen en de knieschijf. Om de knie ligt een gewrichtskapsel. Buiten dit gewrichtskapsel heeft de knie 2 banden. Die zorgen voor zijdelingse stabiliteit van de knie.

Midden in de knie liggen de voorste en de achterste kruisband. Deze zorgen ervoor dat het onderbeen niet naar voren of naar achteren kan verschuiven. Ook zorgen de kruisbanden ervoor dat bepaalde draaibewegingen tussen bovenbeen en onderbeen niet mogelijk zijn.

In de knie bevinden zich tussen het bovenbeen en onderbeen 2 maanvormige, elastische schijfjes (de meniscus). Deze vangen schokken van de knie op. Ook zorgen ze ervoor dat het bovenbeen en onderbeen in iedere stand goed op elkaar past. Elk botdeel is bekleed met een laag kraakbeen.

Pijnklachten

Veel mensen hebben last van artrose. Dit is een aandoening waarbij de kwaliteit van kraakbeen verandert. Artrose kan voorkomen in alle gewrichten van het menselijk lichaam, dus ook in het kniegewricht. De oorzaak van artrose van het kniegewricht is vaak onduidelijk. Mogelijke oorzaken zijn kraakbeenziekten en stofwisselingsziekten, zoals reuma. Ook kraakbeenbeschadiging door een ongeval kan een oorzaak zijn.

Artrose tast de gladde kraakbeenlaag van het gewricht aan. Daardoor kan deze laag zelfs helemaal verdwijnen. De gewrichtsvlakken glijden dan niet meer zo soepel langs elkaar. Het gevolg is dat bewegen steeds moeilijker en pijnlijker wordt.

Pijnklachten

Bij artrose in de knie treedt pijn meestal op bij (trap)lopen en lang staan. Ook komt het vaak voor dat mensen last hebben van pijn als ze in beweging komen, stijfheid bij het opstaan uit een stoel en pijn in de nacht. Bij vochtig of koud weer wordt de pijn soms erger. Later treedt verstijving op. Er ontstaat dan bewegingsbeperking. Daardoor lukt het niet meer om de knie volledig te strekken. Het komt voor dat mensen een X-been of O-been krijgen.

In geval van artrose kan gekozen worden voor een operatie. De orthopedisch chirurg vervangt het aangedane deel van de knie door een prothese. Tot de mogelijkheden behoren een totale knieprothese, een halve knieprothese of een patellofemorale prothese.

Voorbereiding

Een goede voorbereiding op de opname is heel belangrijk.

Preoperatief spreekuur

Van de Opnameplanning krijgt u een afspraak voor de orthopedieconsulent. De afspraak met de anesthesioloog is telefonisch. In de folders Preoperatief Spreekuur en Anesthesie leest u meer.

U wordt binnen 6 maanden na het preoperatieve spreekuur geopereerd. De datum en het tijdstip van opname en operatie ontvangt u via de Opnameplanning.

Afspraak met de orthopedieconsulent

U heeft een afspraak met de orthopedieconsulent op de polikliniek Orthopedie. Tijdens deze afspraak krijgt u van de orthopedieconsulent consulent informatie over Rapid Recovery en de gang van zaken bij uw opname en ontslag.

Neuskweek

U krijgt ook informatie over een neuskweek. Dat is een test die u thuis zelf uitvoert voor de operatie. Blijkt uit deze test dat u drager bent van een bepaalde bacterie? Dan wordt u vóór de operatie behandeld, om het risico op infecties na de operatie te verkleinen. U wast zich dan 5 dagen lang met een speciale zeep en u gebruikt een neuszalf. Meer uitleg hierover krijgt u van de orthopedieconsulent.

Samen naar de afspraak

U krijgt tijdens deze afspraak veel informatie in 1 keer. U mag daarom uw partner, een familielid of een kennis meenemen naar deze afspraak. Heeft u vragen over uw opname of verblijf? Die kunt u voor, tijdens en na de operatie stellen aan 1 van onze orthopedieconsulenten. Zij hebben tijdens werkdagen op 2 momenten telefonisch spreekuur.

Uitstel van operatie

Soms kan de operatie op de geplande datum niet doorgaan. Bijvoorbeeld omdat er meer voorbereiding nodig is of omdat u onder behandeling bent bij een andere specialist. Het kan ook zijn dat u griep heeft, met koorts, of dat u een infectie heeft. Dan gaat het bijvoorbeeld om:

  • Een abces
  • Een steenpuist
  • Tandwortelgranuloom (een ontsteking aan de wortel van een kies of tand)
  • Wondroos
  • Een ontstoken likdoorn
  • Een ingegroeide nagel
  • Open wondjes aan de handen of in de buurt van het te opereren gewricht
  • Blaasontsteking
  • Longontsteking

Het is dan niet verstandig een prothese te plaatsen, omdat er kans is op een infectie. Dan neemt u zo snel mogelijk contact op met de Opnameplanning. Deze afdeling is bereikbaar op werkdagen van 08.00 tot 16.00 uur.

Nuchter

Voor de operatie moet u nuchter zijn. Lees meer over nuchter zijn.

De operatie

U komt de dag vóór de operatie of op de dag van de operatie naar het ziekenhuis. Gebruikt u elleboogkrukken of een rollator? Dan mag u die meenemen. U meldt zich bij de receptie in de centrale hal. U wordt dan opgenomen via de Opname Lounge of u gaat naar de verpleegafdeling Orthopedie

Tijdens de opname heeft u het volgende nodig:

  • Krukken of rollator
  • Ondergoed en nachtkleding (bij voorkeur met wijde of korte mouwen)
  • Comfortabele kleding (bijvoorbeeld een trainingsbroek)
  • Stevige en gesloten schoenen, waarop u goed kunt lopen
  • Toiletartikelen
  • Alle medicijnen die u gebruikt

Op de opnamelounge neemt een verpleegkundige alle informatie over de operatie en het programma tijdens de opnamedag met u door. Uw partner of een familielid mag bij dit gesprek aanwezig zijn.

Voor de operatie

Voor de operatie krijgt u een operatiejasje aan en krijgt u pijnmedicatie als voorbereiding op de operatie. Ook wordt uw knie gemarkeerd. Het is belangrijk dat u op dat moment nog even naar de wc gaat en goed uitplast.

Vervolgens wordt u naar de holding gebracht. Dat is de ruimte waar de eerste voorbereidingen plaatsvinden voor de operatie. Daarna wordt u naar de operatiekamer gebracht. De anesthesioloog kan dan beginnen met de voorbereiding voor de operatie.

Operatietechnieken

Er zijn verschillende operaties mogelijk, waarbij het gewricht geheel of gedeeltelijk wordt vervangen. Om bij het kniegewricht te kunnen komen, maakt de orthopedisch chirurg een verticale snee aan de voorkant van de knie. Hieronder leest u een beschrijving van de 3 ingrepen die mogelijk zijn:

Totale knieprothese

Bij een totale knieprothese verwijdert de orthopedisch chirurg de aangetaste gewrichtsvlakken en beide menisci. Daarna past de chirurg het bot aan de vorm van de prothese aan. De knieprothese bestaat uit 2 metalen delen. Die delen worden met botcement vastgezet aan de onderkant van het bovenbeen en aan de bovenkant van het scheenbeen. Op het metalen deel aan het onderbeen zit een harde plastic (polyethyleen) schijf. Deze schijf zorgt ervoor dat de kunstknie soepel scharniert.

Halve knieprothese

Als er alleen artrose bestaat aan de binnenkant of buitenkant van de knie, dan kan voor een halve (hemi)knieprothese worden gekozen. Dan wordt alleen het aangedane deel vervangen, dus niet de gehele knie. Het voordeel is dat er minder bot en kraakbeen wordt verwijderd. Hierdoor kunt u uw knie natuurlijker blijven bewegen.

Tijdens de operatie verwijdert de orthopedisch chirurg het aangedane kraakbeen van het bovenbeen en onderbeen. Het kraakbeen wordt vervangen door 2 metalen prothese-delen. Een plastic schijf wordt bevestigd aan het metalen deel van de prothese. De schijf is op het onderbeen vastgezet en zorgt dat de knie soepel scharniert.

Knieschijf prothese

Bij een knieschijfprothese (een patellofemorale prothese) wordt alleen het patellofemorale gewricht vervangen. Het gewricht tussen bovenbeen en onderbeen blijft zitten. Daarmee blijft de normale beweeglijkheid van het kniegewricht zo veel mogelijk zoals het was.

Bij de operatie wordt de knie opengemaakt door een verticale snee van ongeveer 20 centimeter aan de voorkant van de knie. Tijdens de operatie verwijdert de orthopeed het aangetaste gewrichtsvlak. Daarna wordt het bot aangepast, zodat de prothese erop past. Op het bovenbeen wordt dan een metalen prothese gezet. Achter de knieschijf wordt een plastic component geplaatst. De prothese wordt vastgezet met botcement.

Na het plaatsen van de prothese wordt de huid met nietjes gehecht. Daarna wordt er een speciaal wondverband aangebracht en wordt het been in gezwachteld.

Om infecties te voorkomen, krijgt u tijdens en na de operatie via een infuus een antibioticum. Als er een drain naast de wond is ingebracht, wordt deze de eerste dag na de operatie ’s ochtends verwijderd.

Na de operatie

Na de operatie gaat u naar de uitslaapkamer. Hier blijft u op bewakingsapparatuur aangesloten, zodat uw lichaamsfuncties worden gecontroleerd. De verpleegkundige laat uw contactpersoon weten dat de operatie klaar is.

Als u weer goed wakker bent en alle lichaamsfuncties in orde zijn, mag u terug naar de verpleegafdeling. De verpleegkundige van de afdeling stelt uw contactpersoon daarvan op de hoogte en mag dan op bezoek komen.

Trombose

Vanwege de operatie neemt de kans op trombose (bloedstolsel) toe. Om trombose te voorkomen, start u de avond na de operatie met bloedverdunnende medicatie die u 6 weken moet blijven gebruiken. Tijdens de opname krijgt u dit medicijn in de vorm van een injectie in de buik. Als u naar huis gaat krijgt u hiervoor tabletten mee. De apotheek komt voor ontslag deze medicatie bij u langsbrengen.

Gebruikte u voor de operatie al bloedverdunners, zoals Acenocoumarol, Sintromitis, Fenprocoumon, Dabigatran of Marcoumar? Als de wond droog is mag u die weer gaan gebruiken. 

Op de verpleegafdeling mag u weer eten en drinken. Wassen en aankleden doet u meteen weer zo veel mogelijk zelf. Als het nodig is, helpt een verpleegkundige u daarbij.

U mag na de operatie op uw rug en op uw zij liggen. In de praktijk is het voor uw knie het fijnst als u op uw rug ligt. Het is belangrijk dat uw knie zo veel mogelijk gestrekt ligt. Daarom mag u er geen kussen onder leggen.

Wond en wondverband

De eerste dag na de operatie wordt het drukverband weggehaald. Als u een drain heeft gekregen, wordt deze ook verwijderd. Het verband dat direct op de wond is aangebracht, kan een paar dagen blijven zitten.

Als u naar huis gaat, krijgt u een afspraak met de orthopedieconsulent mee. Op de dag dat de consulent u belt, mag u de pleister verwijderen. Dan kunt u de consulent vertellen hoe de wond eruitziet.

Bloedafname en röntgenfoto

De eerste dag na de operatie neemt een laborant bloed af om bepaalde waarden in uw bloed te controleren. Op dezelfde dag gaat u naar de afdeling Radiologie om een controlefoto te maken.

Mobiliseren

De fysiotherapeut helpt u om weer zelfstandig te leren lopen. Tijdens de loopoefeningen adviseren we u om comfortabele kleding en stevige schoenen te dragen.

Onder begeleiding van de fysiotherapeut gaat u ongeveer 4 tot 6 uur na de operatie voor de eerste keer uit bed. U leert eerst lopen achter een looprek. Daarna leert u lopen met elleboogkrukken of met behulp van een rollator. U krijgt oefeningen en u leert traplopen.

Loopt u met rollator of hoeft u thuis geen trap te lopen? Dan is leren traplopen niet nodig. Tijdens de opname krijgt u begeleiding van de fysiotherapeut of verpleegkundige. Voordat u naar huis gaat, is het belangrijk dat u uw knie 90 graden kunt buigen. Meer informatie over mobiliseren leest u in de folder Rapid Recovery.

Thuiszorg

Voor de opname is met u besproken wat de mogelijkheden zijn voor thuiszorg. Heeft u thuiszorg nodig voor hulp bij de lichamelijke verzorging of wondverzorging? Dan helpt het Transferpunt van het ziekenhuis u daarmee. Is een opname in een verpleeghuis nodig? En komt u hiervoor in aanmerking? Dan regelt het Transferpunt dat al vóór de opname.

Weer naar huis

Voordat u naar huis gaat, neemt de verpleegkundige nog enkele zaken met u door, zoals de controleafspraken. Krijgt u in het ziekenhuis andere medicijnen? Dan komt de apothekersassistent bij u langs op de verpleegafdeling om u daarover uitleg te geven. U krijgt de medicijnen dan gelijk van de apothekersassistent. U hoeft dan dus niet meer langs uw eigen apotheek. Dat geldt ook voor de pijnmedicatie die door de arts is voorgeschreven voor de operatie.

De eerste tijd na de operatie kan uw knie en het gebied rond de wond nog dik en warm aanvoelen. Dit wordt langzaam aan minder, maar kan ook weer terugkomen door het oefenen met lopen.
Rond de wond kunnen bloeduitstortingen (blauwe plekken) ontstaan. Deze verdwijnen vanzelf. Daardoor heeft u tijdens het revalideren thuis geen of weinig last van pijn. U krijgt advies over het afbouwen van de pijnmedicatie bij uw ontslag. Het is belangrijk dat u dit advies opvolgt.

Overzicht ontslagmedicatie

Maakt u geen gebruik van de service van de politheek in het ziekenhuis? Dan krijgt u een overzicht van uw ontslagmedicatie mee en een recept voor medicijnen. Uw huisarts en thuisapotheek ontvangen een overzicht van uw ontslagmedicatie.

Fysiotherapie

De fysiotherapeut adviseert om na de operatie thuis wel met fysiotherapie door te gaan. Tijdens uw verblijf in het ziekenhuis krijgt u van de fysiotherapeut ook oefeningen mee om thuis te doen.. Dagelijks oefenen is erg belangrijk voor een goed resultaat.

Aanpassingen in huis

De orthopedieconsulent heeft voor de operatie al met u besproken welke aanpassingen in huis verstandig zijn. Hieronder leest u een overzicht van mogelijke aanpassingen:

  • Een hoge rechte stoel met leuningen
  • Een stevig bevestigde trapleuning
  • Een toiletverhoger
  • Handgrepen in het toilet en de doucheruimte
  • Een lange schoenlepel en een grijptang
  • Verwijder losse kleedjes op een gladde vloer of losliggende snoeren, zodat u niet kunt struikelen of uitglijden.

Leefregels

Als u thuis bent, mag u de knie weer voorzichtig gebruiken. Als u het ziekenhuis verlaat, loopt u met 2 krukken of rollator. In overleg met uw eigen fysiotherapeut kunt u het gebruik van de krukken in de loop van een paar weken afbouwen. Meer informatie over het gebruik van elleboogkrukken leest u in de folder  Instructies voor het gebruik van elleboogkrukken. U krijgt hierover natuurlijk ook uitleg van de fysiotherapeut.

Oefenen met bewegen en lopen

Tijdens uw opname krijgt u van de fysiotherapeut oefeningen. Deze oefeningen zijn bedoeld om uw beenspieren te versterken en de beweeglijkheid van uw knie te verbeteren. Ook thuis of in het verpleeghuis is het heel belangrijk dat u met deze oefeningen doorgaat. U doet deze oefeningen 3 keer 10 minuten per dag.

Ook is het de bedoeling dat u regelmatig een stukje loopt. Wissel het oefenen en lopen af met voldoende rust. Merkt u dat uw knie gaat zwellen of duidelijk warmer aanvoelt? Dan doet u het wat rustiger aan. Leg uw been als u zit of ligt wat hoger, als dat nodig is.

Zwelling van de knie

Na de operatie kan de knie dikker zijn. In dat geval kunt u de wond koelen met een ijspakking (cold pack) die u thuis in de vriezer bewaart. U kunt ook een zak met bevroren erwten gebruiken om de wond te koelen. Verpak de zak voor gebruik in een doek om bevriezing van de huid te voorkomen. Koel niet langer dan 15 minuten.

Zitten en draaien

Gebruik een hoge stoel met armleuningen. Voordat u gaat zitten of staan, plaatst u het geopereerde been iets naar voren. Draaien doet u stap voor stap. Let u op dat u niet staand draait op de voet van het geopereerde been. Vermijd bewegingen zoals hurken en op de knieën zitten.

Liggen

Net als in het ziekenhuis mag u geen kussen onder de knie leggen. Dit doet u om te voorkomen dat uw knie lang gebogen ligt.

Traplopen

De fysiotherapeut heeft voor ontslag uit het ziekenhuis het traplopen met u geoefend, tenzij dit niet mogelijk of nodig was. Lees hierover meer in de folder Instructies voor het gebruik van elleboogkrukken.

Mogelijke complicaties

Net als bij andere operaties kunnen er complicaties optreden. De volgende complicaties zijn mogelijk:

  • Rond de knieprothese kan een infectie ontstaan. De kans op een infectie is er altijd als u een prothese heeft, dus ook langere tijd na de operatie.
  • Er kan na de operatie een nabloeding optreden.
  • U kunt last krijgen van trombose. Hiervoor krijgt u de eerste 6 weken bloedverdunnende medicijnen.
  • De functie van de knie (het buigen en strekken) komt soms niet goed op gang na de operatie. Het is belangrijk dat u de eerste weken na de operatie goed oefent om de knie op gang te brengen.
  • De levensduur van een knieprothese is 10 tot 20 jaar. Als de prothese is versleten, is het meestal mogelijk om een nieuwe knieprothese te plaatsen.

Controle

Na de operatie krijgt u verschillende afspraken.

  • U krijgt een belafspraak voor 5 tot 7 dagen na de operatie. De orthopedieconsulent neemt dan telefonisch contact met u op. Op die dag mag u ‘s ochtends bij het opstaan het wondverband verwijderen.
  • Ongeveer 2 weken na de operatie verwijdert de huisarts uw hechtingen. Deze afspraak met de huisarts moet u zelf maken.
  • Ongeveer 6 weken na de operatie komt u terug naar het ziekenhuis voor een controleafspraak met de orthopeed die u heeft geopereerd. Voor deze afspraak gaat u naar de afdeling Radiologie voor een controlefoto.

Veelgestelde vragen

Wanneer neem ik contact op met de polikliniek orthopedie of de orthopedie­consulent?

  • Als uw wond 14 dagen na de operatie nog niet droog is.
  • Als u ineens hevige pijn heeft in de knie en u niet meer op het been kunt staan.
  • Bij koorts, koude rillingen en als u zich hierbij ziek voelt.

Hoelang moet ik het bloedverdunnende middel gebruiken?

Het bloedverdunnende middel gebruikt u tot 6 weken na de operatie.

Hoe vaak moet ik oefenen en hoe weet ik of ik te veel heb geoefend?

Het is voldoende om 3 keer per dag 10 minuten te oefenen. Als de knie rood wordt of als de zwelling toeneemt, moet u het been rust gunnen.

Hoe ver moet ik mijn knie kunnen buigen?

Het gemiddelde is 115 graden. Lukt dat niet? Dan is er niets aan de hand. 90 graden is meestal wel haalbaar. De spieren en het kapsel rond de knie kunnen verstijfd en gekrompen zijn. De operatie kan dit niet verhelpen. U kunt altijd wat last houden van stijfheid.

Hoelang blijft mijn knie warm aanvoelen?

De eerste 6 tot 12 maanden na de operatie kan de knie warm blijven aanvoelen.

Hoelang blijft mijn knie gevoelig?

Na de operatie neemt de gevoeligheid steeds een beetje meer af. Tot 3 of 4 maanden na de operatie treedt de grootste verbetering op. Verbetering kan aanhouden tot 1 jaar na de operatie.

Mag ik een ijspakking op de knie leggen?

U kunt de wond koelen met een ijspakking (cold pack) die u thuis in de vriezer koelt. U kunt ook een zak met bevroren erwten gebruiken om de wond te koelen. Verpak de zak voor gebruik in een doek om bevriezing van de huid te voorkomen. Koel niet langer dan 15 minuten.

Hoelang blijft mijn knie dik?

De zwelling vermindert meestal in de eerste weken. De zwelling wordt minder door het been regelmatig hoog te leggen. Het been moet dan in gestrekte stand hoog liggen. Leg geen kussen alleen onder de knie. De zwelling is meestal ’s avonds het ergst.

Als u zich aan de oefeningen houdt, neemt het zwellen af. Toch kan de knie ook maanden na de operatie nog wat gezwollen zijn. ’s Nachts kunt u het voeteneind van uw bed hoger doen of een kussen onder uw matras leggen om de zwelling af te laten nemen.

Hoe verzorg ik mijn wond?

  • De wond moet schoon en droog blijven. U kunt het verband de vijfde dag na de operatie verwijderen. Dan is de wond droog en hoeft er geen pleister meer op.
  • De huid rond de hechtingen kan rood of geïrriteerd zijn. 14 dagen na de operatie verwijdert de huisarts de hechtingen. Dan heeft u snel minder last van een geïrriteerde huid.
  • Heeft u last van veel wondlekkage? Neem dan contact op met de orthopedieconsulent voor advies.
  • Smeer de eerste maanden na de operatie geen lotion of crème op de wond.

Is het normaal dat mijn knie een soort klikgeluid maakt?

Dit is normaal en niet erg. Ongeveer 70 procent van de mensen met een nieuwe knie voelt of hoort een soort klikgeluid bij het buigen van de knie.

Wat voor soort schoenen kan ik het beste dragen?

Draag goed sluitende schoenen met een brede hak en een veerkrachtige zool. Dit is in verband met schokdemping. Hoge hakken en slippers zijn de eerste maanden niet verstandig. Het kan dat uw voet en enkel een tijd na de operatie gezwollen zijn. Dan heeft u tijdelijk ruimere schoenen nodig.

Welke bewegingen mag ik niet maken?

Maak geen springbewegingen. Door te springen wordt de knie namelijk te veel belast.

Wanneer mag ik weer…

Douchen?
Douchen is geen probleem. Let er wel op dat u het wondgebied de eerste weken goed naspoelt. Er mogen geen zeepresten achterblijven.

Een bad nemen?
Wacht met het nemen van een bad totdat u gemakkelijk in en uit het bad kunt stappen en uw been niet te hoog hoeft op te tillen. U mag pas in bad 3 dagen nadat de nietjes uit de wond zijn verwijderd. Zorg ook na een bad dat u het wondgebied goed naspoelt.

Zelf een auto besturen?
Als u voldoende controle heeft over uw geopereerde knie, mag u na 6 weken weer autorijden. Bespreek dit met uw arts als u voor controle op het spreekuur komt.

Als u nog pijnmedicatie slikt, kunt u de auto beter laten staan. De combinatie van de medicatie en een verminderde controle over uw geopereerde knie kan leiden tot een vertraagd reactievermogen. Hierdoor is mogelijk schade niet gedekt. Lees daarom de polisvoorwaarden van uw verzekering goed door.

Fietsen?
U mag weer gaan fietsen als u uw knie 95 tot 100 graden kunt buigen. U moet wel voldoende controle hebben over uw geopereerde been en goed zonder krukken kunnen lopen. We raden mannen aan de eerste tijd een damesfiets te gebruiken. Dit is vanwege de lage instap. Oefen bijvoorbeeld vooraf op een hometrainer.

Zwemmen of naar de sauna?
Na ongeveer 6 weken mag u weer zwemmen of naar de sauna, maar alleen als de wond droog is.

Werken of sporten?
De orthopeed kan dat samen met u inschatten tijdens de controleafspraak. Dit is 6 weken na de operatie.

Versie: 1465491 07-2023 Totale knieprothese, halve knieprothese, knieschijfprothese

Specialisme: Orthopedie
Deel via e-mail

Deze website plaatst cookies. Dit doen we om onze site gebruiksvriendelijker te maken, onder andere door analyse van het bezoekersgedrag. Maar u blijft anoniem.