Aan het laden

Martini offers Google® Translate as a convenience for visitors to our web site who may not have Dutch as their primary language. Google® Translate provides automated translations, which may result in incorrect or misleading translations. Martini is not responsible for any translations provided by Google® Translate or for any damages or losses arising from the use of or reliance on these translations. Viewers who rely on information through Google® Translate on our web site do so at their own risk.

Go to Google Translate

  1. Home
  2. Folders
  3. Totale-, halve- of omgekeerde schouderprothese
Terug naar bovenliggende pagina

Totale-, halve- of omgekeerde schouderprothese

Folder

Algemeen

  • Neem altijd een geldig legitimatiebewijs mee (rijbewijs, paspoort of identiteitsbewijs).
  • Heeft u een zorgverzekering in het buitenland? Neem dan ook uw verzekeringspapieren mee.
  • Kunt u om dringende redenen niet komen voor de operatie of het onderzoek? Bel dan met de polikliniek of afdeling.
  • Uw persoonlijke medische gegevens en afspraken bekijken? Dat kan in ons digitale patiëntenportaal Mijn Martini. U kunt met uw DigiD inloggen via www.martiniziekenhuis.nl/mijnmartini.

Inleiding

U heeft een afspraak gemaakt voor een operatie aan uw schouder. Dit heeft u met uw orthopedisch chirurg besproken. In deze folder leest u wat deze behandeling inhoudt. Ook leest u hoe u zich op de operatie voorbereidt. Deze folder is een aanvulling op het gesprek met uw orthopedisch chirurg en de orthopedieconsulent.

Het is belangrijk dat u de informatie goed doorleest. Bij voorkeur samen met uw partner, familie of een kennis. Op die manier begint u goed voorbereid aan de operatie en het herstel.

Opleidingsziekenhuis

Het Martini ziekenhuis is een opleidingsziekenhuis. Dit betekent dat u naast de behandelend specialist, ook arts-assistenten en/of coassistenten in opleiding tegen kunt komen. Zij werken altijd onder supervisie van de specialisten en zijn betrokken in het hele traject dat u als patiënt doorloopt. Ze doen bijvoorbeeld poliklinische consulten. Ook lopen ze visite op de verpleegafdeling. En ze voeren operaties uit en zijn ook betrokken bij de nazorg. Alle handelingen worden samen met of onder supervisie van de specialist uitgevoerd. De kwaliteit van zorg en uw veiligheid zijn hierbij altijd gewaarborgd.

Het schoudergewricht

Gewrichten in ons lichaam vormen de beweeglijke verbindingen tussen 2 botstukken. De schouder is een kogelgewricht en bestaat uit een kom en de kop van de bovenarm. De kom is een deel van het schouderblad. Ze zijn zo gevormd dat ze precies tegen elkaar aan kunnen liggen of in elkaar passen.

De beweging in het schoudergewricht is afhankelijk van 4 dieper gelegen spieren. Dit wordt ook wel de spiercuff genoemd. Deze spieren liggen als een manchet om de kom van het schoudergewricht. De spieren monden uit in pezen, waarvan de uiteinden aan de bovenarm vastzitten.

Om de bovenarm soepel te laten bewegen, zitten er slijmbeurzen om de pezen. Deze slijmbeurzen werken als een stootkussen. Wanneer de spieren aanspannen, kan de schouder verschillende kanten op bewegen. De spieren zorgen voor stabiliteit van het schoudergewricht.

Pijnklachten

Veel mensen hebben last van gewrichtsslijtage (artrose). Slijtage tast de gladde kraakbeenlaag van het gewricht aan. Daardoor kan deze laag uiteindelijk helemaal verdwijnen. De gewrichtsvlakken glijden dan niet meer zo soepel langs elkaar. Bewegen wordt zo steeds moeilijker en pijnlijker.

Gewrichtsslijtage

Door de irritatie die ontstaat bij bewegen, wordt er meer gewrichtsvocht aangemaakt. Hierdoor kunnen de schouder en de arm dikker worden. Gewrichtsslijtage kan ervoor zorgen dat u uw schouder niet meer kunt gebruiken. Dit kan ook worden veroorzaakt door een spierscheur die niet te herstellen is. Dan is een schouderprothese nodig.

Oorzaken van gewrichtsslijtage zijn:

  • Reumatoïde artritis. Dit is een chronische ziekte die gewrichtsontstekingen veroorzaakt
  • Erfelijke aandoeningen
  • Een langer bestaande peesscheur in de schouder

Schouderprothese

Eerst wordt geprobeerd om de pijn in de schouder te verminderen. Vaak met een combinatie van medicijnen of fysiotherapie. Als dat niet meer lukt, kan een schouderprothese de oplossing zijn

Er zijn verschillende schouderprotheses mogelijk. De orthopedisch chirurg overlegt met u welk type prothese voor u geschikt is.

Voorbereiding

Een goede voorbereiding op de opname is heel belangrijk.

Preoperatief spreekuur

Van de Opnameplanning krijgt u een afspraak voor de orthopedieconsulent. De afspraak met de anesthesioloog is telefonisch. In de folders Preoperatief Spreekuur en Anesthesie leest u meer.

U wordt binnen 6 maanden na het preoperatieve spreekuur geopereerd. De datum en het tijdstip van opname en operatie ontvangt u via de Opnameplanning.

Afspraak met de orthopedieconsulent

U heeft een afspraak met de orthopedieconsulent op de polikliniek Orthopedie. Tijdens deze afspraak krijgt u van de orthopedieconsulent informatie over het verloop van de opname en het ontslag.

Samen naar de afspraak

U krijgt tijdens deze afspraak veel informatie in 1 keer. U mag daarom uw partner, een familielid of een kennis meenemen naar deze afspraak. Heeft u vragen over uw opname of verblijf? Die kunt u voor, tijdens en na de operatie stellen aan 1 van onze orthopedieconsulenten. Zij hebben tijdens werkdagen op 2 momenten telefonisch spreekuur.

Desinfectie-behandeling

U krijgt ook informatie over de desinfectie-behandeling met Duac acne gel®. Deze behandeling start 3 dagen voor de operatie. Zo wordt het risico op een infectie na de operatie verminderd.

Uitstel van operatie

Soms kan de operatie op de geplande datum niet doorgaan. Bijvoorbeeld omdat er meer voorbereiding nodig is. Of omdat u onder behandeling bent bij een andere specialist. Het kan ook zijn dat u griep heeft, met koorts, of dat u een infectie heeft. Dan gaat het bijvoorbeeld om:

  • Een abces
  • Een steenpuist
  • Tandwortelgranuloom (een ontsteking aan de wortel van een kies of tand)
  • Wondroos
  • Een ontstoken likdoorn
  • Een ingegroeide nagel
  • Open wondjes aan de handen of in de buurt van het te opereren gewricht
  • Blaasontsteking
  • Longontsteking

Het is dan niet verstandig een prothese te plaatsen, omdat er kans is op een infectie. Dan neemt u zo snel mogelijk contact op met de Opnameplanning. Deze afdeling is bereikbaar op werkdagen van 08.00 tot 16.00 uur.

Nuchter

Voor de operatie moet u nuchter zijn. Lees meer over nuchter zijn.

Wetenschappelijk onderzoek

Het kan zijn dat u wordt gevraagd om mee te doen aan een wetenschappelijk onderzoek. Uw deelname is geheel vrijwillig. Als u hierover vragen heeft, dan stelt u die aan uw behandelend orthopedisch chirurg.

Meenemen naar het ziekenhuis

Tijdens de opname heeft u het volgende nodig:

  • Ondergoed en nachtkleding (bij voorkeur kleding met wijde of korte mouwen)
  • Comfortabele kleding (bijvoorbeeld een trainingsbroek)
  • Stevige en gesloten schoenen, waarop u goed kunt lopen
  • Toiletartikelen
  • Alle medicijnen die u gebruikt

De operatie

U komt 1 dag vóór de operatie of op de dag van de operatie naar het ziekenhuis. U meldt zich bij de receptie in de centrale hal. U wordt dan opgenomen via de Opname Lounge of u gaat naar de verpleegafdeling Orthopedie

Voor de operatie

Voor de operatie trekt u een operatiejasje aan. U krijgt pijnmedicatie ter voorbereiding op de operatie en we markeren uw schouder. Het is belangrijk dat u dan nog even naar de wc gaat en goed uitplast.

Vervolgens wordt u naar de holding gebracht. Dat is de ruimte waar de eerste voorbereidingen plaatsvinden voor de operatie. Daar krijgt u een plaatselijke verdoving in de halszenuwen. Deze verdoving moet even inwerken. En het zorgt ervoor dat u tijdens en na de operatie minder of geen pijn voelt. Als de verdoving goed is ingewerkt, brengt de verpleegkundige u naar de operatiekamer. Daar kan de anesthesioloog verder met de voorbereiding voor de operatie.

Operatietechnieken

Er zijn verschillende typen schouderprotheses. De orthopedisch chirurg bekijkt welke prothese voor u geschikt is.

Totale schouderprothese

De orthopedisch chirurg maakt een snee aan de voorkant van uw schouder. Daarna wordt het gewrichtskapsel opengemaakt om de kop uit de kom te kunnen halen. De schouderkop wordt verwijderd en de schouderkom schoongemaakt. Daarna wordt de prothese geplaatst.

Het ene deel vervangt de kop van bovenarm en bestaat uit een kop met een steel van metaal. Het tweede deel is een kom van polyethyleen (harde kunststof). De metalen steel wordt in de bovenarm vastgemaakt. Soms wordt deze vastgezet met botcement. De kop past precies in de nieuwe schouderkom. Hierdoor kan de schouder weer soepel bewegen.

De chirurg bewaart zoveel mogelijk structuren rondom het schoudergewricht. Denk hierbij aan de pezen, de spieren en het kapsel. Deze structuren zorgen namelijk dat het nieuwe gewricht na de operatie goed werkt. Maar om de prothese te kunnen plaatsen, wordt toegang gezocht naar het gewricht. Daarvoor moet de voorste spier losgehaald worden. Deze spier wordt later weer gehecht.

Hemi-schouderprothese

Bij een hemi-schouderprothese wordt alleen de kop van de schouder vervangen door een metalen kop. Die kop wordt met een steel die in de schacht van uw bovenarm geplaatst. De kom wordt schoongemaakt, maar niet vervangen door een kom van polyethyleen. Deze techniek is mogelijk als de spieren en pezen rondom de schouder intact zijn. Een andere voorwaarde is dat de spieren goed werken. De verdere manier van opereren is hetzelfde als bij een totale schouderprothese.

Omgekeerde (reversed) schouderprothese

Bestaat er naast slijtage van de schouder ook een onherstelbare peesscheur? Dan kan de orthopedisch chirurg kiezen voor deze schouderprothese. Dit is een aangepast type schouderprothese waarbij de delen omgekeerd geplaatst worden. De nieuwe schouderkop wordt dan geplaatst waar voorheen de schouderkom zat.

De nieuwe schouderkom wordt geplaatst op de plaats waar voorheen de schouderkop zat. De prothese functioneert dan met behulp van de kracht van de grote schouderspier. Dit herstelt meestal (gedeeltelijk) de kracht en functie van de schouder. Ondanks dat de dieper gelegen schouderpees er niet zit.

Duur van de operatie

De operatie duurt ongeveer 1 tot 1,5 uur.

Na de operatie

Na de operatie gaat u naar de uitslaapkamer. Hier blijft u op bewakingsapparatuur aangesloten, zodat uw lichaamsfuncties worden gecontroleerd. De verpleegkundige laat uw contactpersoon weten dat de operatie klaar is.

Terug naar de afdeling

Als u wakker bent en uw lichaamsfuncties goed werken, mag u naar de verpleegafdeling. De verpleegkundige van de afdeling stelt uw contactpersoon daarvan op de hoogte. Deze mag dan bij u op bezoek komen. 

Trombose

Vanwege de operatie neemt de kans op trombose (bloedstolsel) toe. Om trombose te voorkomen, krijgt u gedurende de opname ‘s avonds een bloedverdunnende injectie in de buik. 

Gebruikte u voor de operatie al bloedverdunners, zoals Acenocoumarol, Sintromitis, Fenprocoumon, Dabigatran of Marcoumar? Dan mag u die weer gaan gebruiken als de wond droog is.

Eten, drinken en wassen

Op de verpleegafdeling mag u weer eten en drinken. Wassen en aankleden doet u meteen weer zo veel mogelijk zelf. Als het nodig is, helpt een verpleegkundige u daarbij.

Voor het wassen van de oksel mag de immobilizer af. U laat uw arm voorzichtig naar beneden hangen met de handpalm naar u toe. Daarna buigt u met het bovenlichaam iets naar voren, zodat er ruimte ontstaat om uw oksel te wassen.

Liggen en slapen

Het is aan te raden om na de operatie op uw rug te slapen. Hierbij kunt u uw arm wat hoger op een kussen laten rusten om zwelling in de vingers te voorkomen. Dit kan ook de pijnklachten verminderen, omdat uw arm goed wordt ondersteund.

Wond en wondverband

Na het sluiten van de wond op de operatiekamer krijgt u een verband op de wond. Dit verband mag een tijd blijven zitten. Als dat nodig is, verwisselt de verpleegkundige het verband voordat u naar huis gaat. Als er een drain is ingebracht, wordt deze de eerste dag na de operatie verwijderd. 

Als u naar huis gaat, krijgt u een afspraak met de orthopedieconsulent mee. Op de dag dat de consulent u belt, mag u de pleister verwijderen. Dan kunt u de consulent vertellen hoe de wond eruitziet.

Bloedafname en röntgenfoto

De eerste dag na de operatie neemt een laborant bloed af om bepaalde waarden in uw bloed te controleren. Op dezelfde dag gaat u naar de afdeling Radiologie om een controlefoto van uw schouwer te maken.

Mobiliseren

Als u zich goed voelt, mag u op de dag van de operatie al uit bed. De eerste keer doet u dat onder begeleiding van een verpleegkundige. De begeleiding is nodig omdat u duizelig kan zijn. Om de schouder te ontlasten, draagt u na de operatie een immobilizer of een sling. Dit is afhankelijk van welke operatie u ondergaat. Na de operatie hoort u van de orthopedisch chirurg wat u wel en niet met uw arm mag doen en hoe lang u de immobilizer/sling moet dragen.

Fysiotherapie

De eerste dag na de operatie begint u met fysiotherapie. De oefeningen bestaan uit vinger, pols, elleboog en slingeroefeningen. Op de tweede dag wordt de therapie uitgebreid met oefeningen voor elleboog, pols en hand. De schouder mag niet te ver naar buiten draaien. Alleen onderhandse bewegingen zijn toegestaan.

Bij een Totale schouderprothese en Hemi-schouderprothese mag u de schouder niet te ver naar buiten draaien en alleen onderhandse bewegingen zijn toegestaan.

De eerste 6 weken draagt u de immobilizer om de schouder rust te geven.

Bij een Omgekeerde (reverse) schouderprothese gebruikt u 2 weken een sling en mag daarna op geleide van de pijn de schouder gaan gebruiken.

Voor het slagen van de operatie en uw herstel is uw eigen motivatie heel belangrijk. De eerste dag na de operatie komt de fysiotherapeut bij u. De fysiotherapeut gaat met u oefenen en geeft u uitleg over het oefenschema. Dit oefenschema krijgt u mee zodat u hier thuis mee door kunt gaan.

Medicatie

Voordat u naar huis gaat, neemt de verpleegkundige nog enkele zaken met u door, zoals de controleafspraken.

Krijgt u in het ziekenhuis andere medicijnen? Dan komt de apothekersassistent bij u langs om u daarover uitleg te geven. U krijgt de medicijnen dan gelijk van de apothekersassistent. U hoeft dan dus niet meer langs uw eigen apotheek. Dat geldt ook voor de pijnmedicatie die door de arts is voorgeschreven voor de operatie.

Overzicht ontslagmedicatie

Maakt u geen gebruik van de service van de politheek in het ziekenhuis? Dan krijgt u een overzicht van uw ontslagmedicatie mee en een recept voor medicijnen. Uw huisarts en thuisapotheek ontvangen een overzicht van uw ontslagmedicatie.

Thuiszorg

Voor de opname is met u besproken wat de mogelijkheden zijn voor thuiszorg. Heeft u thuiszorg nodig voor hulp bij de lichamelijke verzorging of wondverzorging? Dan helpt het Transferpunt van het ziekenhuis u daarmee. Is een opname in een verpleeghuis nodig? En komt u hiervoor in aanmerking? Dan regelt het Transferpunt dat al vóór de opname.

Weer naar huis

Meestal kunt u de eerste of tweede dag na de operatie weer naar huis.. Voor de opname is met u besproken wat de mogelijkheden zijn als u na de operatie niet of met hulp naar huis kunt. Hieronder leest u waar u thuis mee te maken krijgt.

Omgaan met pijn

De eerste tijd na de operatie kan uw schouder en het gebied rondom de wond dik en warm aanvoelen. Dit is normaal en neemt steeds een beetje meer af. Ook heeft u mogelijk enkele blauwe plekken rondom de wond of onder uw arm. Deze verdwijnen na enige tijd vanzelf.

De eerste tijd is de schouder nog pijnlijk, ook tijdens het oefenen. Deze pijnklachten nemen steeds meer af, maar kunnen soms nog tot 8 weken na de operatie aanwezig zijn. Na het plaatsen van een schouderprothese revalideert u gemiddeld 3 tot 6 maanden.

Fysiotherapie

Na uw schouderoperatie krijgt u een verwijsbrief mee voor fysiotherapie. Het is belangrijk dat de fysiotherapeut u ook na de operatie goed blijft begeleiden. Samen probeert u om de functie van de schouder te herstellen. In het ziekenhuis krijgt u van de fysiotherapeut uitleg om thuis te zelfstandig oefenen. U maakt zelf een afspraak met uw fysiotherapeut.

De orthopedisch chirurg heeft een intensieve samenwerking met Schoudernet Noord. Deze fysiotherapeuten zijn gespecialiseerd in het behandelen van schouderklachten. Meer informatie over de aangesloten fysiotherapeuten vindt u op de website van Schoudernet Noord. Natuurlijk mag u ook contact opnemen met uw eigen fysiotherapeut.

Vragenlijsten

Voor en na de operatie krijgt u het verzoek om vragenlijsten in te vullen. Die vragenlijsten zijn bedoeld om te kijken of de behandeling goed is gegaan. Daarom is het belangrijk dat u op een paar momenten dezelfde vragenlijst(en) invult.

Leefregels Totale en Hemi-schouderprothese

Er is een aantal leefregels waarmee u rekening moet houden in de eerste 6 weken na de operatie. Zo voorkomt u dat de schouderprothese uit de kom gaat. Hieronder de leefregels op een rij:

  • De arm mag niet verder dan een hoek van 90 graden vanaf uw buik naar buiten draaien.
  • Na 2 weken mag u de arm voorzichtig weer gaan gebruiken. Doe dit bij het pakken van lichte voorwerpen, met weinig kracht en met de elleboog in de zij (geen abductie).
  • Na 2 weken mag u rustig starten met het afbouwen van de immoblizer/sling.
  • 3 tot 6 weken na de operatie mag u de arm steeds meer gebruiken, in overleg met uw eigen fysiotherapeut.

Fysiotherapie na een Omgekeerde schouderprothese

U maakt 2 weken gebruik van een sling, daarna mag u alle bewegingen maken afhankelijk van de pijn. 

Basisoefeningen voor functieherstel

Herhaal alle oefeningen 2 tot 3 keer per dag. 3 series van 5 herhalingen, rustig opbouwend naar 10 herhalingen. De oefeningen kunt u het beste doen als de immobilizer af is, ’s ochtends en ’s avonds bij het omkleden. Oefening 1 en 2 kunt u in de immobilizer doen. Let op: u mag geen scherpe of stekende pijn voelen tijdens oefenen. Rekpijn of wondpijn hoort er wel bij. Heeft u steeds meer pijn bij het oefenen? Het is verstandig om dit met uw fysiotherapeut te bespreken.

Met de volgende 5 oefeningen mag u na de operatie gelijk starten:

Oefening 1: handoefening

Laat u arm in de sling of immobilizer zitten en open en sluit de hand. Deze oefening is belangrijk om zwelling in de hand tegen te gaan. U mag de oefening zo vaak doen als u wilt.

Oefening 2: optrekken schouder

Beweeg de schouders tegelijk rustig omhoog en weer naar beneden. U mag een beetje rekpijn van de wond voelen. Probeer overdag regelmatig te voelen of u uw schouders ook te veel optrekt. Probeer ze dan weer te ontspannen.

Oefening 3: Strekking elleboog

Laat uw arm uit de sling of immobilizer hangen. Laat de arm langs uw lichaam hangen om de elleboog volledig te kunnen strekken. Let op: doe dit met de hand naar binnen gedraaid en beweeg de arm hierbij niet van uw lichaam af. Daarna mag u de elleboog weer buigen.

Oefening 4: draaioefening en ontspanningsoefening

Sta met het bovenlichaam iets voorovergebogen. Ondersteun uw geopereerde arm met uw goede arm. Probeer rustig en ontspannen rondjes te draaien met uw arm. Gebruik hierbij geen kracht. Dit mag u 1 tot 2 minuten volhouden, om de schouder goed te kunnen ontspannen

Oefening 5: slingeroefening en ontspanningsoefening

Sta met het bovenlichaam iets voorovergebogen en laat uw arm ontspannen hangen. Maak hierbij een ontspannen vuist. Laat uw arm rustig heen en weer slingeren. Gebruik hierbij geen kracht. Dit mag u 1 tot 2 minuten volhouden om de schouder goed te kunnen ontspannen.

Oefening 6:  exo-roteren (deze oefening mag na 3 weken bij de Totale en Hemi-schouderprothese)

Begin met uw arm voor de buik. Beweeg de arm dan rustig naar buiten en houd hierbij de elleboog in de zij. De arm mag tot 0 graden naar buiten bewegen (exo-roteren). Dit betekent totdat de hand recht naar voren wijst.

Okseltoilet

Voor het opfrissen van de oksel kunt u de houding van oefening 4 of 5 aannemen. Laat uw arm voorzichtig naar beneden hangen met de handpalm naar u toe. U kunt de oksel op deze manier veilig reinigen, zonder de arm op te tillen.

Het resultaat

Het resultaat van het plaatsen van een schouderprothese is goed. U mag verwachten dat de pijn verdwijnt. Hoe goed de beweeglijkheid wordt, hangt onder andere af van de stijfheid van de schouderpezen en spieren.

Vergeleken met een normaal schoudergewricht, kunt u de schouderprothese vaak minder zwaar belasten. De arm kunt u bewegen tot boven de schouder. Hierdoor kunt u alle activiteiten in het dagelijkse leven weer uitvoeren.

Mogelijke complicaties

Net als bij andere operaties kunnen er complicaties optreden. De volgende complicaties zijn mogelijk:

Zenuwbeschadiging

Tijdens de operatie kan een (huid)zenuw beschadigd raken. Dit geeft tijdelijk of langdurig een doof gevoel in een gedeelte van de huid. Dit vermindert de kracht en het gevoel.

Nabloeding

Er kan na de operatie een nabloeding optreden.

Infectie

Rond de schouderprothese kan een infectie ontstaan. De kans op een infectie blijft altijd aanwezig als u een prothese heeft, dus ook langere tijd na de operatie.

Trombose

U kunt na de operatie last krijgen van trombose (verstopping van een bloedvat). Ter voorkoming krijgt u tijdens de opname in het ziekenhuis een bloedverdunnende injectie.

Frozen shoulder

Soms wordt de schouder als gevolg van littekenvorming stijf. Dit wordt ook wel een frozen shoulder genoemd. Daarom is het heel belangrijk dat u de oefeningen van de fysiotherapeut goed opvolgt.

Luxatie

De kop van de schouderprothese kan losschieten uit de kom (luxatie). Dit gebeurt meestal in de eerste 2 maanden na de operatie. Na de operatie krijgt u instructies om de kans hierop te verkleinen.

Slijtage

Slijtage en loslating. De levensduur van een prothese is 10 tot 15 jaar.

Controle

Na de operatie krijgt u een paar afspraken.

  • U krijgt een belafspraak voor 5 tot 7 dagen na de operatie. De orthopedieconsulent neemt dan telefonisch contact met u op. Op die dag mag u ‘s ochtends bij het opstaan het wondverband verwijderen.
  • Ongeveer 2 weken na de operatie verwijdert de huisarts uw hechtingen. Deze afspraak met de huisarts moet u zelf maken.
  • Ongeveer 6 weken na de operatie komt u terug naar het ziekenhuis. Dan heeft u een controleafspraak met de orthopeed die u heeft geopereerd. Voor deze afspraak gaat u naar de afdeling Radiologie voor een controlefoto.

Veelgestelde vragen

Hieronder ziet u antwoorden op veelgestelde vragen over uw behandeling.

Wanneer neem ik contact op met de polikliniek of de orthopedieconsulent?

  • Als de operatiewond 14 dagen na de operatie nog niet droog is.
  • Als de operatiewond gaat lekken, terwijl dat eerder niet zo was. Of bij forse toename van wondlekkage.
  • Als u ineens hevige pijn heeft in de schouder.
  • Als u ongewone pijnklachten heeft.
  • Als u meer pijn krijgt tijdens het bewegen.
  • Bij koorts, hoger dan 38,5 graden Celsius, bij koude rillingen en als u zich hierbij ziek voelt.

Hoe vaak moet ik oefenen?

U krijgt een oefenschema mee van de fysiotherapeut van het ziekenhuis. U kunt alle oefeningen 2 tot 3 keer per dag uit te voeren, in 3 series van 5 herhalingen. Dit kunt u rustig opbouwen naar 10 herhalingen.

Hoelang blijven mijn arm en schouder warm aanvoelen?

In de eerste 6 tot 12 maanden kan de schouder warm blijven aanvoelen.

Hoelang blijft mijn schouder pijnlijk?

De eerste 8 weken na de operatie neemt de pijn geleidelijk af.

Mijn arm is gezwollen, is dat erg?

Het is heel normaal dat u de eerste 3 maanden na de operatie nog een beetje zwelling merkt in uw arm of schouder.

Hoe verzorg ik mijn wond?

  • De wond moet schoon en droog blijven. Meestal gaat u met ontslag met een wondverband op de wond. U kunt het verband de vijfde dag na de operatie verwijderen. Dan is de wond vaak droog en hoeft er geen andere pleister meer op.
  • De huid rondom de hechtingen kan wat rood of geïrriteerd zijn. 14 dagen na de operatie verwijdert de huisarts de hechtingen. Dan heeft u snel minder last van een geïrriteerde huid.
  • Heeft u last van veel wondlekkage? Neem dan contact op met de orthopedieconsulent voor advies.
  • Smeer de eerste 6 weken na de operatie geen lotion of crème op de wond.

Wat voor kleding kan ik het beste dragen?

Draag kleding die u gemakkelijk uit- en aan kunt trekken met 1 hand. Denk daarbij aan een broek met een elastische boord en soepele stof. Ruime bovenkleding, die prettig zit als u uw arm tegen uw buik aanhoudt. Bijvoorbeeld een blouse of een vest.

Kan ik een tweede immobilizer/sling vergoed krijgen?

Een tweede immobilizer wordt niet vergoed door de ziektekostenverzekeraar. Als uw immobilizer vies is geworden, kunt u deze gewoon wassen.

Wanneer mag ik weer…

Hieronder ziet u wanneer u weer met activiteiten mag starten. 

Douchen of in bad

In principe mag u gelijk weer douchen. We adviseren u de wond na het douchen goed droog te deppen. Het droog houden van de wond bevordert een goede wondgenezing. U mag de eerste 3 maanden niet in bad.

Autorijden

De eerste 6 weken mag u niet autorijden. Als u na deze 6 weken de immobilizer niet meer nodig heeft en u heeft voldoende controle over uw arm, dan kunt u weer gaan autorijden. Laat uw fysiotherapeut dit ook beoordelen. Het is niet verstandig om te rijden als u nog pijnmedicatie slikt.

Fietsen

Als u voor de operatie ook al regelmatig fietste, mag u ongeveer 10 weken na de operatie weer fietsen. U moet wel voldoende controle over uw schouder hebben.

Werken

Dit hangt af van het soort werk. Bij een zittend beroep kunt u vaak na 6 weken weer beginnen. Zwaarder lichamelijk werk kunt u meestal pas na 8 tot 10 weken hervatten. De bedrijfsarts begeleidt uw werkhervatting.

Op de geopereerde zijde slapen

U mag na ongeveer 6 weken weer op uw geopereerde zij slapen.

Sporten

Het nieuwe gewricht is een kunstgewricht en dit is altijd kwetsbaar. Zware lichamelijke inspanningen en sporten kunnen de levensduur van het nieuwe gewricht verkorten. Bespreekt u daarom met uw arts wanneer u welke sport weer mag beoefenen.

Versie: 1207750 07-2023 De totale, halve- of omgekeerde schouderprothese

Specialisme: Orthopedie
Deel via e-mail

Deze website plaatst cookies. Dit doen we om onze site gebruiksvriendelijker te maken, onder andere door analyse van het bezoekersgedrag. Maar u blijft anoniem.