Aan het laden

Martini offers Google® Translate as a convenience for visitors to our web site who may not have Dutch as their primary language. Google® Translate provides automated translations, which may result in incorrect or misleading translations. Martini is not responsible for any translations provided by Google® Translate or for any damages or losses arising from the use of or reliance on these translations. Viewers who rely on information through Google® Translate on our web site do so at their own risk.

Go to Google Translate

  1. Home
  2. Folders
  3. Informatie en adviezen bij schouderklachten
Terug naar bovenliggende pagina

Informatie en adviezen bij schouderklachten

Folder

Algemeen

  • Neem altijd een geldig legitimatiebewijs mee (rijbewijs, paspoort of identiteitsbewijs).
  • Heeft u een zorgverzekering in het buitenland? Neem dan ook uw verzekeringspapieren mee.
  • Kunt u om dringende redenen niet komen voor de operatie of het onderzoek? Bel dan met de polikliniek of afdeling.
  • Uw persoonlijke medische gegevens en afspraken bekijken? Dat kan in ons digitale patiëntenportaal Mijn Martini. U kunt met uw DigiD inloggen via www.martiniziekenhuis.nl/mijnmartini.

Inleiding

Uw huisarts heeft u doorverwezen voor uw schouderklachten. Deze klachten ontstaan in uw schoudergewricht. In deze folder leest u over de symptomen en oorzaken van verschillende soorten schouderklachten. Ook krijgt u adviezen over hoe u met uw schouderklachten kunt omgaan. Door deze adviezen op te volgen, kunnen uw schouderklachten verminderen. Deze folder is een aanvulling op het gesprek met uw arts.

Het schoudergewricht

Het schoudergewricht bestaat uit een kom en de kop van de bovenarm. De kom is een deel van het schouderblad. De kop en de kom zijn bedekt met kraakbeen. Dat zorgt voor een glad elastisch oppervlak zodat de schouder soepel kan bewegen. Om het gewricht zit een gewrichtskapsel. Daaromheen zitten spieren en pezen. Het gewrichtskapsel vormt samen met de spieren en pezen de cuff.

De beweging in het schoudergewricht hangt af van 4 dieper gelegen schouderspieren. Deze spieren liggen als een manchet om de kom van het schoudergewricht. De pezen van de spieren zitten vast aan de bovenarm. Rondom deze pezen zitten slijmbeurzen. De slijmbeurzen werken als stootkussen en maken de beweging soepeler. De pezen glijden hierdoor gemakkelijk tussen het schouderdak en de bovenarm. De spieren zorgen ook voor stabilisatie van de schouderkop in de (ondiepe) schouderkom.

Schouderklachten

Klachten aan uw schouder kunnen verschillende oorzaken hebben. Hieronder leest u de meest voorkomende oorzaken.

Subacromiaal pijnsyndroom (SAPS)

Geïrriteerde pezen, spieren en de slijmbeurs rond de schoudergordel kunnen klachten geven. Die klachten ontstaan bijvoorbeeld door een irritatie tussen de schouderkop en het bot van het schouderdak (het acromion). De irritatie zorgt voor een ontsteking met een zwelling en pijn. Er ontstaan klachten bij het optillen van de arm. Dit gebeurt vooral bij bewegingen naar voren en opzij. Denk hierbij aan een jas aantrekken of ophangen, een bal gooien en werken boven het hoofd.

Artrose van het AC-gewricht

Het AC-gewricht is het gewricht tussen het uiteinde van het sleutelbeen en het schouderdak. Dit gewricht kan slijten en voor pijn zorgen. De slijtage van het gewricht heet artrose. De pijn kan u ‘s nachts uit uw slaap houden. Ook wordt de pijn erger als u uw arm beweegt. Vooral het optillen van de arm is pijnlijk. Vaak straalt de pijn uit naar de nek, de bovenarm of de hand. Soms kunt u last hebben van tintelingen in de hand. Activiteiten boven uw hoofd maken de klachten erger. Een oorzaak van de klachten is druk op de schouder.

Instabiliteit

Het schoudergewricht is het minst stabiele gewricht van het lichaam. De kom is namelijk niet een echte kom, maar een botdeel met een redelijk vlak oppervlak. Ook is de kop van de schouder veel groter dan de kom. Rondom de schouderkom zit kraakbeen dat de kom vergroot en een bumperfunctie heeft.

Schouder uit de kom

Bij een val of een plotselinge krachtige beweging kan de schouder uit de kom gaan. In 95 procent van de keren schiet de schouderkop naar de voorkant uit de kom. Dan komt de kop voor de kom te zitten en kan het kraakbeen losscheuren. Vaak scheurt het kapsel aan de voorkant ook los. Daarna is er geen bescherming van de bumper en kapsels meer. De schouder kan een volgende keer makkelijker uit de kom schieten.

Sommige mensen hebben een ruim schouderkapsel. De schouderkop beweegt dan naar de rand van de kom. Deze schiet vervolgens terug in zijn normale positie. Dit geeft een instabiel en klikkend gevoel.

Als u instabiliteitsklachten heeft, kan uw schouder 1 of meer keren uit de kom zijn geschoten. Hierdoor kan het voelen alsof de schouder bij bepaalde bewegingen uit de kom wil schieten. U voelt dan precies aan wanneer dit kan gebeuren. Dat kan u angstig maken. Ook kan het zijn dat u sommige dingen, zoals bepaalde sporten, uit de weg gaat. Daarnaast kan uw schouder plotseling uit de kom gaan. Dat zorgt elke keer voor veel pijn.

Frozen shoulder

Een frozen shoulder overkomt 2 tot 5 procent van de Nederlandse bevolking. Het is nog niet precies bekend hoe dit komt. Wel is bekend dat het om een gewrichtsontsteking gaat. De ontsteking zorgt dat het gewrichtskapsel verschrompelt en verdikt. Hierdoor kan de schouder niet meer alle bewegingen maken. In elk geval niet zonder dat het pijn doet. De frozen shoulder kan ook ontstaan na een schouderoperatie of een blessure.

Om vast te stellen of u een frozen shoulder heeft of dat er iets anders aan de hand is, luistert de arts naar uw verhaal. Ook krijgt u 1 of een paar onderzoeken.

Risico’s
Iedereen kan een frozen shoulder krijgen. Voor mensen met bepaalde aandoeningen is het risico groter. Denk bijvoorbeeld aan diabetes (suikerziekte), schildklieraandoeningen, de ziekte van Parkinson of een CVA-beroerte.

Pijn en fases
Een frozen shoulder geeft zeurende of stekende pijn. De pijn kan er de hele tijd zijn of af en toe (vooral ’s nachts). U voelt de pijn aan de buitenkant van de schouder en vaak in de bovenarm. U kunt de schouder niet goed bewegen. Dit voelt u vooral bij het aan- en uitkleden, als u iets uit een hoge kast wilt pakken en tijdens het autorijden. De pijn verloopt in 3 fasen:

  • Fase 1 is de verstijvende of bevriezende fase. Deze fase duurt 6 tot 9 maanden. De pijn wordt langzaam erger, tegelijk kunt u uw schouder minder goed bewegen. De meeste pijn komt door de ontsteking van het gewrichtskapsel.
  • Fase 2 is de frozen of bevroren fase. Deze fase duurt 4 tot 9 maanden. De pijn neemt langzaam af, maar de stijfheid blijft.
  • Fase 3 is de ontdooiende fase. Deze fase duurt tussen de 5 maanden en 2 jaar. De pijn wordt steeds minder en u kunt uw schouder langzaam weer bewegen. De meeste mensen kunnen hun schouder weer net als anders bewegen. Bij 1 op de 20 mensen blijft de schouder na deze laatste fase pijnlijk en stijf.

De behandeling 

Het herstel van een frozen shoulder kost veel tijd, namelijk tussen 10 maanden tot meer dan 3 jaar. In de tussentijd is het beste advies om uw arm en schouder te blijven bewegen, zonder dat u er pijn bij heeft. U stopt met bewegen als u teveel pijn voelt.
Om de pijn te bestrijden en de ontsteking te remmen, kunt u ibuprofen en Naproxen nemen. Ook kan een injectie met corticosteroïde (sterke ontstekingsremmer) helpen. Helpen deze middelen niet voldoende? Dan kan een (tijdelijke) zenuwblokkade de pijn verminderen.

Dit is het advies per fase:

  • In fase 1 is het belangrijk om de pijn te verminderen. Probeer binnen de pijngrens te bewegen, zowel thuis als bij de fysiotherapeut. U kunt leren hoe u zo goed mogelijk kunt bewegen, zolang de (na)pijn niet te erg wordt.
  • In fase 2 krijgt u hetzelfde advies. De pijn is minder, maar de stijfheid is er nog. Het blijft belangrijk dat u uw schouder alleen binnen de pijngrens beweegt.
  • In fase 3 mag u uw schouder langzaam meer bewegen. Dat gebeurt stapje voor stapje. Een fysiotherapeut kan u helpen om controle over de beweging te hebben. Daarnaast kan de fysiotherapeut helpen om spierkracht op te bouwen. 

Operatie
Soms herstelt de beweeglijkheid van het gewricht niet goed. Dan kan een operatie helpen om het kapsel losser te maken.

SLAP-laesie

Bij een SLAP-laesie is het bovenste deel van de kraakbeenring in de schouder beschadigd. Soms zit de ring zelfs los van de schouderkom. Ook kan de pees in de biceps beschadigd zijn. Vaak komt SLAP-laesie door een sportblessure (vooral bij werpsporten). De blessure kan plotseling ontstaan of door overbelasting komen.

Een SLAP-laesie kan verschillende klachten geven. Pijnklachten ontstaan als de arm boven het hoofd wordt gehouden. Soms ontstaat er bij zo’n beweging ook een pijnlijk klikgevoel. Mogelijk voelt de schouder instabiel.

Scheuren in de cuff

Een plotselinge scheur in de pezen van de cuff kan ontstaan door een trauma, zoals een val. Bij een bloeduitstorting rond de schouder, blijvende pijn en verminderde kracht kunnen 1 of meer pezen gescheurd zijn. Komt de scheur in de pezen van de cuff door een val? Dan lukt het soms zelfs niet meer om uw arm op te tillen.

Chronische of langer bestaande scheuren ontstaan meestal pas op latere leeftijd. Dat wil zeggen als u ouder bent dan 60 jaar. Mogelijke oorzaken zijn een val, herhaaldelijke overbelasting of ouderdom. Vaak ontstaat de scheur door een combinatie van factoren.

Advies bij schouderklachten

Heeft u geen pijnklachten? Dan kunt u uw arm normaal bewegen en gebruiken. Voor iedereen met schouderklachten gelden de volgende adviezen:

  • Beweeg op een rustig tempo.
  • Doe 1 ding tegelijk.
  • Ga niet te lang door met bewegen.
  • Houd spullen die u vaak nodig heeft dichtbij. Leg voorwerpen niet te hoog weg.
  • Ga altijd dichtbij staan of zitten, zodat u niet ver hoeft te reiken.
  • Bedenk dat u de meeste bewegingen uit gewoonte maakt. Probeer te bedenken hoe u deze beter kunt uitvoeren.
  • Neem meer tijd voor de bewegingen die u gewend bent te doen. Concentreer u bij het maken van de beweging.
  • Luister naar uw lichaam en pauzeer tijdens de bewegingen.

Adviezen voor uw arm

Om de klachten en de pijn te verminderen, volgt u deze adviezen:

  • Beweeg uw arm rustig en vloeiend.
  • Moet u spullen tillen, bijvoorbeeld bij het wassen, boodschappen opruimen, klussen of tuinieren? Verdeel uw spullen in kleinere delen en loop wat vaker.
  • Gebruik bij het tillen beide armen en houd de spullen dicht tegen uw lichaam aan.
  • Gebruik bij het verplaatsen van spullen ook uw kracht vanuit uw romp en benen.
  • Zorg voor afwisseling en maak de schouders los na inspannende activiteiten. Computeren of autorijden kan ook inspannend zijn.
  • Heeft u pijn? Ontspan de schouder door tussen uw activiteiten door gesteund te zitten. Dat doet u bijvoorbeeld door met uw elleboog op een kussen te rusten. ‘s Nachts kunt het kussen gebruiken als steun onder de oksel.

Wat u beter niet kunt doen

Om de klachten niet erger te maken en de pijn te verminderen, helpen de volgende adviezen:

  • Ontwijk activiteiten die voor meer pijn zorgen.
  • Voorkom dat u uw andere arm overbelast.
  • Maak geen plotselinge bewegingen met uw arm.
  • Til geen zware dingen.
  • Maak geen belaste bewegingen met uw arm: zijwaarts en boven schouderhoogte. Met belast wordt bedoeld: een beweging met een voorwerp of gewicht in de hand.
  • Maak niet te lang dezelfde bewegingen. Of u nu klachten hebt, of niet. Bijvoorbeeld wanneer u poetst, schildert, klust of achter de computer zit.
  • Voorkom langdurige, statische houdingen. Voorbeelden zijn lang schrijven, autorijden of achter de computer zitten. Wissel op tijd van houding. Beweeg regelmatig door bijvoorbeeld een stukje te lopen of te fietsen. Wat u kiest, hangt af van uw klachten.

Meer informatie en verdere behandeling

Kijk voor meer informatie op de website van Stichting Schoudernet Noord.

De adviezen in deze folder zijn algemene adviezen. Soms kan uw arts hiervan afwijken en u een ander advies geven. Soms is een operatie nodig. Dat bespreekt u met uw arts.

Versie: 1465332 05-2023 Informatie en adviezen bij schouderklachten

Deel via e-mail

Deze website plaatst cookies. Dit doen we om onze site gebruiksvriendelijker te maken, onder andere door analyse van het bezoekersgedrag. Maar u blijft anoniem.