Aan het laden

Martini offers Google® Translate as a convenience for visitors to our web site who may not have Dutch as their primary language. Google® Translate provides automated translations, which may result in incorrect or misleading translations. Martini is not responsible for any translations provided by Google® Translate or for any damages or losses arising from the use of or reliance on these translations. Viewers who rely on information through Google® Translate on our web site do so at their own risk.

Go to Google Translate

  1. Home
  2. Folders
  3. Borstsparende operatie
Terug naar bovenliggende pagina

Borstsparende operatie

Folder

Algemeen

  • Neem altijd een geldig legitimatiebewijs mee (rijbewijs, paspoort of identiteitsbewijs).
  • Heeft u een zorgverzekering in het buitenland? Neem dan ook uw verzekeringspapieren mee.
  • Kunt u om dringende redenen niet komen voor de operatie of het onderzoek? Bel dan met de polikliniek of afdeling.
  • Uw persoonlijke medische gegevens en afspraken bekijken? Dat kan in ons digitale patiëntenportaal Mijn Martini. U kunt met uw DigiD inloggen via www.martiniziekenhuis.nl/mijnmartini.

Inleiding

In overleg met uw specialist heeft u gekozen voor een borstsparende operatie. Dit heet een lumpectomie. In deze folder leest u informatie over deze operatie. U leest over de voorbereiding, de opnamedag, de operatie zelf en wanneer u de uitslag krijgt. Als laatste leest u over het vervolgtraject. Dat gaat over welke behandeling(en) u verder nog krijgt. De informatie in deze folder is een aanvulling op het gesprek met uw arts.

Voorbereiding

Voor de operatie heeft u gesprek met de verpleegkundig casemanager. Dan krijgt u informatie over hoe alles rondom de operatie gaat. Tijdens dit gesprek krijgt u een datum voor de dagopname en operatie.

Informatieklapper 

Meer informatie over hoe het in het Martini Ziekenhuis gaat, leest u in de informatieklapper. Deze klapper krijgt u van uw verpleegkundig casemanager. Hierin staat alle informatie over mogelijke behandelingen. Ook bevat de klapper een lijst met alle afspraken voor de komende tijd.

Preoperatief spreekuur

Voor uw operatie gaat u nog naar het preoperatieve spreekuur. Tijdens dit spreekuur krijgt u informatie over medicijngebruik en andere belangrijke voorbereidingen. Meer informatie over het preoperatieve spreekuur leest u in de folder Anesthesie en preoperatief spreekuur.

Op de dag zelf

  • De anesthesioloog vertelt u vanaf welk tijdstip vóór de operatie u nuchter moet blijven. Nuchter blijven betekent dat u niet meer eet en drinkt.
  • Ook raden we aan om te stoppen met alcohol en drinken. Stop 24 uur voor de operatie en op de dag van de operatie.
  • Zorg dat uw huid schoon is. Ga voor uw opname in bad of onder de douche, knip uw nagels kort en verwijder nagellak of kunstnagels. Gebruik geen crème of make-up.

  • Tijdens de ingreep mag u geen lenzen, piercings of sieraden dragen. Die doet u uit voordat u wordt opgenomen.
  • U mag wel een bril meenemen. Die kunt u tijdens de opname dragen.

Verdere voorbereidingen

  • Heeft u de dag voor de operatie griep of koorts? Neemt u dan contact op met de afdeling. U hoort dan of het nodig is om de operatie te verplaatsen. 
  • U volgt verder de afspraken die met uw behandelend arts, de anesthesioloog en de verpleegkundig casemanager heeft gemaakt. Bekijk voor meer informatie de folder Anesthesie en preoperatief spreekuur.

De opname

U wordt de dag van de operatie in het ziekenhuis opgenomen. Op de verpleegafdeling heeft u eerst een gesprek met een verpleegkundige. U krijgt dan meer informatie over de operatie.

Schildwachtklieren

Meestal is het noodzakelijk om de schildwachtklier(en) in uw oksel ook te verwijderen. De schildwachtklier is de eerste lymfeklier waarin uitzaaiingen uit de borst terechtkomen.  

  • Om de schildwachtklier(en) te kunnen opsporen, moet die eerst zichtbaar worden gemaakt. Dat gebeurt met radioactiviteit. De dag voor de operatie of de ochtend van de operatie, krijgt u een injectie in de borst met de tumor. Deze injectie heeft een kleine, ongevaarlijke hoeveelheid radioactieve stof.
  • De radioactieve stof verplaatst zich via een lymfebaan naar de schildwachtklier. Na een paar uur worden foto’s van de schildwachtklier gemaakt, die dan door de radioactieve stof goed te zien is. Daarna bepaalt de radioloog de exacte plek van de schildwachtklier. Dit wordt op uw huid aangegeven. Zo weet de chirurg tijdens de operatie precies waar de schildwachtklier zit.
  • Voor alle duidelijkheid: de radioactieve stof maakt de schildwachtklier(en) zichtbaar. Tumoren zijn niet op de foto te zien. Schrik er dus niet van als u de klier(en) op het beeldscherm ziet. Dat is normaal en hoort bij het onderzoek.
  • Bij 1 procent van de mensen is de schildwachtklier niet te vinden. Als dat bij u zo is, dan zal de chirurg hier met u over spreken. Dat gebeurt nog voor de operatie.
  • Tijdens de operatie wordt de schildwachtklier(en) verwijderd. Het verwijderen van de schildwachtklieren helpt om de diagnose te bepalen. De operatie geeft meer informatie over uw ziekte. Daarom noemen we dit een diagnostische operatie.

Lokalisatie om de tumor op te sporen

Tijdens de operatie moet de chirurg goed weten waar de tumor zit. Soms kan de chirurg dat voelen. Als de tumor niet te voelen is, krijgt u eerst een lokalisatie om de tumor op te sporen. Dat is een manier om de te zien waar de tumor zit.

De lokalisatie gebeurt bij de radioloog. De radioloog maakt een echo om te zien waar de tumor zit. Dan beoordeelt de radioloog of uw huid verdoofd moet worden. Daarna prikt de radioloog de tumor aan met een naald met daarin de radioactieve marker. Vervolgens wordt de naald verwijderd en blijft de radioactieve marker zitten.

Direct na het plaatsen van de radioactieve marker, wordt er een röntgenfoto (mammografie) gemaakt. Daarmee controleert de radioloog of de radioactieve marker op de goede plaats zit. De radioactieve marker laat zien waar de tumor zit. Zo kan de chirurg tijdens de operatie zien waar de tumor zit. Daarvoor gebruikt de chirurg een speciaal apparaat.

De operatie

De borstsparende operatie wordt gedaan bij borstkanker en een voorstadium van borstkanker. Meestal kunt u na de operatie met radiotherapie (bestraling) behandeld worden. Hieronder leest u wat u er tijdens en na de operatie gaat gebeuren.

De operatie is onder algehele narcose. Dat betekent dat u in slaap wordt gebracht en niets van de operatie merkt. Bij een borstsparende operatie wordt de tumor samen met een deel van het gezonde weefsel eromheen verwijderd. Meestal is het ook nodig om de schildwachtklier(en) te verwijderen. Soms is het nodig om alle lymfeklieren te verwijderen. Dit is vooraf met u besproken. Na de operatie heeft u een litteken op de borst en een litteken in het okselgebied. Het litteken is 3 tot 10 centimeter. De wond wordt gesloten met oplosbare hechtingen onder de huid.

Duur van de operatie

De operatie vindt plaats in dagverpleging. Wanneer u goed bent hersteld, mag u ’s middags of ‘s avonds naar huis. Er moet wel iemand bij u thuis zijn ’s nachts. Als alle lymfeklieren tijdens de operatie verwijderd zijn, dan blijft u een nacht in het ziekenhuis. Dit is nodig vanwege de drain die u dan krijgt.

Na de operatie 

De meeste patiënten vinden deze operatie lichamelijk niet zwaar. Ze hebben niet veel pijn en kunnen zich thuis snel weer redden. Wel kan de operatie u heel emotioneel maken.

Weer naar huis

Thuis kunt u de meeste dingen weer zelf doen, zoals u zelf wassen en licht huishoudelijk werk doen. Als het lukt met uw klachten, mag u de activiteiten langzaam uitbreiden. Dat geldt ook voor weer aan het werk gaan. Wat u wanneer kunt doen, hangt af van of u nog een nabehandeling krijgt. En natuurlijk hoe u zich voelt: lichamelijk en geestelijk.

De uitslag

Het borstklierweefsel wordt onderzocht in het pathologisch laboratorium. Na 7 tot 10 dagen is de uitslag van dit onderzoek bekend. U krijgt een afspraak bij het Academisch Borstcentrum Groningen. Het doel van de afspraak is om de uitslag met de chirurg te bespreken. Bij dit gesprek is een verpleegkundig casemanager aanwezig.

Vervolgtraject: behandeling na de operatie

Tijdens het gesprek over de uitslag krijgt u advies over het vervolgtraject. Dat gaat over welke nabehandeling(en) u de komende tijd krijgt. Het advies wordt gegeven door het multidisciplinair team. Dat is een team met meerdere specialisten die samen kijken wat het beste voor u is.

Mogelijke nabehandelingen

Het advies kan uit 1 of meerdere nabehandelingen bestaan. Soorten behandelingen zijn radiotherapie (bestraling), chemotherapie, anti-hormonale therapie of immunotherapie. Welke nabehandeling(en) u krijgt, hangt af van de uitslag. Dat is pas na de operatie bekend.

het pathologisch laboratorium wordt bekeken of de tumor ruim genoeg is verwijderd. Als dat niet zo is, dan kan het nodig zijn dat u nog een keer geopereerd moet worden. Soms is een combinatie van behandelingen nodig. De chirurg bespreekt met u wat de beste behandeling is.

Bestraling

Na een borstsparende operatie krijgt u eigenlijk altijd bestraling. Deze behandeling duurt 3 tot 5 weken. De bestraling kunt u van maandag tot en met vrijdag krijgen. Elke bestraling duurt enkele minuten.
Voor de bestraling gaat u naar de afdeling Radiotherapie van het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG). Het is ook mogelijk om de bestraling naar Leeuwarden, Zwolle, Emmen of Deventer te krijgen. Meer informatie over bestraling vindt u in de folder Radiotherapie van het UMCG. 

Mogelijke complicaties

Zoals bij elke operatie kunnen er complicaties ontstaan. Bij deze operatie kan er een nabloeding of infectie van de wond optreden.

Vermoeidheid

Eenmaal thuis merken veel patiënten dat ze snel moe zijn. Dit kan komen door een combinatie van dingen. Denk hierbij aan de operatie en de narcose. Maar ook aan de spanningen die u voelt bij de diagnose borstkanker of een voorstadium van borstkanker.

Ook kan de nabehandeling u moe maken. Probeer rustig uit hoeveel uw lichaam aan kan. U bouwt uw conditie weer op door beweging af te wisselen met rust. Hier kunt u begeleiding bij krijgen, vraag hiervoor de fysiotherapeut. Bewegen en goed eten tijdens kanker zorgen dat u tijdens de behandeling zo fit mogelijk blijft. De voeding moet daarom zo veel mogelijk goede voedingsstoffen bevatten.

Verschil in borsten

De operatie en de bestraling kunnen de vorm en het volume van uw borst veranderen. Hierdoor verschilt de geopereerde borst van uw andere borst. Hoe groot dit verschil is, ligt er onder andere aan hoeveel weefsel er is verwijderd.

Controle

Nadat u uit het ziekenhuis ontslagen bent, komt u voor een controle naar het spreekuur. Wanneer dat is, ziet u in het follow-upschema in uw klapper. Dat is een schema waar uw afspraken voor de controles in staan.
Tijdens de eerste controle wordt gekeken hoe uw wond geneest. Ook gaat deze afspraak over uw vervolgtraject en hoe het met u gaat. Zowel lichamelijk als geestelijk.

Volgende controles

In overleg blijft u in elk geval 5 jaar onder controle. De controle krijgt u 1 keer per jaar. Dan krijgt u een mammografie en/of echografie en lichamelijk onderzoek. U ziet afwisselend de chirurg, de basisarts en de verpleegkundig casemanager.

Versie: 899960 05-2023 borstsparende operatie

Deel via e-mail

Deze website plaatst cookies. Dit doen we om onze site gebruiksvriendelijker te maken, onder andere door analyse van het bezoekersgedrag. Maar u blijft anoniem.