Schildkliernodus
Inleiding
U heeft een schildkliernodus. Een arts zal onderzoeken om wat voor type nodus het gaat. Vervolgens krijgt u een passende behandeling. In deze folder leest u wat een schildkliernodus is. Ook leest u over de verschillende typen van een nodus en de behandelingen die erbij horen. Deze folder is een aanvulling op het gesprek met uw arts.
Schildkliernodus
De schildklier bevindt zich in de hals, net onder het strottenhoofd en voor de luchtpijp. De schildklier zorgt voor de belangrijke hormonen T4 en T3. Deze hormonen zijn belangrijk voor de lichaamsgroei en ontwikkeling van kinderen. De hormonen regelen ook de stofwisseling in het lichaam.
Zwelling
U heeft een zwelling in uw schildklier. Deze zwelling heet een schildkliernodus. Een nodus komt veel voor: 3 tot 8 procent van de volwassenen heeft een voelbare nodus in de schildklier. Meestal is een nodus goedaardig. Bij ongeveer 5 procent van de mensen is de nodus kwaadaardig.
Soms is een nodus aan de buitenkant te zien of te voelen. Dat merkt u bijvoorbeeld bij het scheren of als u uw hals insmeert. Een schildkliernodus wordt soms toevallig ontdekt. Bijvoorbeeld als er om een andere reden een echo van uw hals wordt gemaakt. Hoe een nodus ontstaat, is onbekend.
Typen van een nodus
Er zijn verschillende typen van een nodus:
- Een goedaardige nodus, waarbij de schildklier normaal functioneert. Dit type komt het meest voor.
- Een toxisch adenoom is een goedaardige nodus die te veel schildklierhormoon produceert.
- Een kwaadaardige nodus of schildklierkanker. Deze vorm van kanker is meestal goed te behandelen, met veel kans op herstel.
Klachten
Meestal heeft u geen klachten als u een nodus heeft. Soms kunt u last hebben van:
- Globusklachten (het gevoel dat u een kikker in de keel heeft).
- Zweten, trillen, gejaagdheid, hartkloppingen of het verlies van gewicht. Dit gebeurt alleen als de nodus te veel schildklierhormoon aanmaakt.
- Slikklachten of kortademigheid.
Onderzoek en diagnose
Om erachter te komen wat u precies heeft (diagnose), krijgt u 1 of meerdere onderzoeken.
Bloedonderzoek
Met bloedonderzoek wordt gekeken naar de hoeveelheid schildklierhormoon in uw bloed.
Echografie
Bij een echografie wordt met een echo naar de schildklier gekeken. De behandelend arts kijkt bijvoorbeeld naar de grootte van de nodus. Maar ook hoeveel nodussen er aanwezig zijn en of deze goedaardig of kwaadaardig zijn.
Punctie
Bij een punctie wordt in de schildkliernodus geprikt. Met die punctie worden cellen opgezogen. De cellen worden dan onder de microscoop bekeken. Deze informatie kan helpen om te beoordelen of de nodus goedaardig of kwaadaardig is. Meestal geeft een aanvullende operatie duidelijkheid of het kwaadaardig of goedaardig is.
Jodiumscan
Dit onderzoek krijgt u alleen als uw schildklier te snel werkt. Meer informatie over dit onderzoek leest u in de folder Schildklieronderzoek uptake en scan.
De behandeling
Welke behandeling nodig is, hangt af van welk type nodus u heeft. Hieronder leest u per type de behandeling.
Goedaardige nodus met normale schildklierfunctie
In dit geval is er geen behandeling nodig. Herkent u 1 van de volgende klachten, neem dan contact met uw huisarts. Uw huisarts beoordeelt dan of u een nieuwe echo moet laten maken of naar een internist gaat. De klachten zijn:
- Als de nodus ineens weer groeit.
- Als uw stem verandert, bijvoorbeeld als uw stem hees wordt.
- Een nieuwe nodus.
Toxisch adenoom
Bij een toxisch adenoom krijgt u een behandeling met radioactief jodium. Die behandeling zorgt ervoor dat uw schildklier daarna weer normaal gaat functioneren.
(Mogelijk) kwaadaardige nodus
Heeft u mogelijk een kwaadaardige nodus? Dan wordt de halve of hele schildklier tijdens een operatie weggehaald. Daarna wordt het gedeelte dat is weggehaald onder een microscoop bekeken. Dan bepaalt uw behandelend arts of u een nabehandeling nodig heeft. Als de patholoog ziet dat uw nodus goedaardig is, dan is de behandeling klaar. Als u de diagnose schildklierkanker krijgt, dan wordt vaak de gehele schildklier verwijderd. Daarna krijgt u meestal een nabehandeling met radioactief jodium in het UMCG.
Versie: 1522331 Schildkliernodus 2023-08