Aan het laden

Martini offers Google® Translate as a convenience for visitors to our web site who may not have Dutch as their primary language. Google® Translate provides automated translations, which may result in incorrect or misleading translations. Martini is not responsible for any translations provided by Google® Translate or for any damages or losses arising from the use of or reliance on these translations. Viewers who rely on information through Google® Translate on our web site do so at their own risk.

Go to Google Translate

  1. Home
  2. Folders
  3. Pijnbehandeling bij de bevalling
Terug naar bovenliggende pagina

Pijnbehandeling bij de bevalling

Folder

Algemeen

  • Neem altijd een geldig legitimatiebewijs mee (rijbewijs, paspoort of identiteitsbewijs).
  • Heeft u een zorgverzekering in het buitenland? Neem dan ook uw verzekeringspapieren mee.
  • Kunt u om dringende redenen niet komen voor de operatie of het onderzoek? Bel dan met de polikliniek of afdeling.
  • Uw persoonlijke medische gegevens en afspraken bekijken? Dat kan in ons digitale patiëntenportaal Mijn Martini. U kunt met uw DigiD inloggen via www.martiniziekenhuis.nl/mijnmartini.

Inleiding

In deze folder leest u over de verschillende mogelijkheden voor pijnbehandeling tijdens en na de bevalling in het Martini Ziekenhuis. Eerst leest u hoe u zelf pijn kunt verminderen. Daarna krijgt u informatie over Remifentanil en een ruggenprik. De folder is een aanvulling op uw gesprek met de arts of verloskundige.

Zelf pijn verminderen

Om zelf pijn te verminderen en weeën op te vangen, kunt u ademhalings- en ontspanningsoefeningen doen. Het volgen van een zwangerschapscursus kan een goede voorbereiding zijn. Dan leert u de oefeningen.

Door geconcentreerd weeën ‘weg te zuchten’ komt u in een ritme waarbij het lichaam zelf pijnstillende stoffen aanmaakt. Deze stoffen zorgen dat u de pijn beter kunt verdragen. Een warme douche, bad, massage of TENS helpt vaak ook om de pijn te verminderen. Ook kunt u proberen om een andere houding aan te nemen.

Pijnbestrijding in het ziekenhuis

Soms kan de pijn onverdraaglijk zijn. Dat kan met uitputting, angst of spanning te maken hebben. Dan kunt u met de verloskundige overleggen over pijnbestrijding met medicijnen. Er zijn dan 3 mogelijkheden:

  1. Een infuus met Remifentanil (een opiaat).
  2. Een ruggenprik (epidurale pijnbestrijding).
  3. Een ruggenprik bij een keizersnede (spinale pijnbestrijding).

Geef het aan

Wilt u pijnstilling? Geef het op tijd aan bij uw verloskundige of gynaecoloog. Het is aan te raden om dit al te bespreken bij het maken van het Geboorteplan. De verloskundige of gynaecoloog vertelt u dan over de mogelijkheden, voordelen en nadelen.

Infuus met Remifentanil

Remifentanil is een opiaat dat op morfine lijkt. U krijgt het via een infuus, terwijl u en uw baby worden bewaakt. Het geven van Remifentanil noemen we een bolus.

Remifentanil begint direct te werken. De ergste pijn zal snel zakken en tussen de weeën door kunt u beter ontspannen. Na de bolus is de Remifentanil na 3 minuten uitgewerkt. Dat geldt ook voor bijwerkingen. Een bijwerking ontstaat vlak na de bolus, maar verdwijnt snel.

Hoe werkt het?

Eerst wordt gekeken of het mogelijk is dat u Remifentanil krijgt. Zo ja, dan zal er een CTG worden gemaakt. Een CTG is een hartfilmpje om de conditie van de baby te beoordelen. De CTG zal tijdens de hele bevalling bewaakt worden. 

Remifentanil wordt via een PCA-pomp toegediend. Dit is een systeem waarbij u zelf controle heeft, via een knop. Het systeem berekent hoeveel medicatie u per uur veilig mag krijgen. U krijgt dus alleen pijnstilling als u erom vraagt en als het veilig is.

Voordelen

  •  Remifentanil werkt snel, vaak al na enkele minuten.
  • Het is een goede, kortwerkende pijnstiller die ook snel weer uit het lichaam verdwijnt.
  • U heeft zelf de controle: met een druk op de knop kunt u de pijn verlichten.
  • Borstvoeding direct na de bevalling is geen bezwaar.

Bijwerkingen en complicaties

Hieronder leest u welke bijwerkingen u kunt krijgen. Ook leest u wat Remifentanil met uw kind doet.

Sufheid

U kunt slaperig worden en zich van de omgeving afsluiten.

Bijwerkingen na bolus

U kunt merken dat uw ademhaling wat trager wordt. Andere mogelijke bijwerkingen zijn een daling van de bloeddruk, jeuk, misselijkheid en duizeligheid. Omdat Remifentanil zo kort werkt, duren de bijwerkingen ook kort. Bijwerkingen zullen binnen 1 tot 2 minuten na de bolus afnemen of verdwijnen.

Effect bij uw kind

Remifentanil komt via de placenta bij uw kind terecht. Uw kind wordt rustig en slaperig. Het remmende effect op de ademhaling van uw kind lijkt op het effect op uw eigen ademhaling. Omdat het belangrijk is dat de baby na de geboorte direct begint met ademen, wordt het geven van Remifentanil gestopt als u begint met persen. Het middel is dan volledig uitgewerkt als de baby geboren wordt. Jullie kunnen helder kennis met elkaar maken. 

Een ruggenprik tijdens de weeën (epiduraal)

De best werkende vorm van pijnstilling tijdens de weeën is een ruggenprik (epiduraal). Door deze manier van verdoven voelt u de pijn van de weeën minder of helemaal niet.

Een ruggenprik is niet mogelijk als de arts of verloskundige denkt dat u al snel volledige ontsluiting zult hebben.

Hoe werkt het?

Een ruggenprik wordt door een anesthesioloog gegeven. Het slangetje wordt op de voorbereidingsruimte van de operatiekamers bij u ingebracht. Voordat de anesthesioloog de ruggenprik zet, krijgt u extra vocht via het infuus. Dit is nodig om te voorkomen dat uw bloeddruk teveel daalt. Uw pols en bloeddruk worden regelmatig gecontroleerd met bewakingsapparatuur. De harttonen van het kind worden gecontroleerd met een CTG.

Inbrengen van het slangetje

De anesthesioloog prikt terwijl u voorovergebogen zit of op uw zij ligt. U moet uw rug zo bol mogelijk maken en uw lichaam stil houden, zodat het prikken makkelijker gaat. De huid op de prikplaats wordt eerst schoongemaakt en plaatselijk verdoofd. Vervolgens brengt de anesthesioloog de speciale naald in het verdoofde gebied. Daarmee wordt het slangetje geplaatst. Dit slangetje wordt gebruikt om de verdovingsvloeistof te geven.

Onderhoud pijnbestrijding

Als het slangetje erin zit, mag u zich weer bewegen. Het slangetje wordt aangesloten op een pomp waardoor de hele tijd verdovingsvloeistof loopt. Gemiddeld duurt het 5 tot 20 minuten voordat u het effect merkt.

Tijdens de rest van de bevalling wordt uw bloeddruk, hartfrequentie en urineproductie regelmatig gecontroleerd. Er wordt gekeken of de pijnstilling voldoende is. Ook wordt de conditie van uw kind bewaakt.

Wat merken u en uw baby van de ruggenprik?

De anesthesioloog maakt de pijn dragelijk, met zo min mogelijk bijwerkingen van de verdoving. Maar tijdens het hoogtepunt van een wee kunt u toch nog wat druk of pijn voelen. Uw benen kunnen slap worden. Ook kunt een tintelend doof gevoel van uw buikhuid en/of benen krijgen. Deze effecten verdwijnen als de medicatie van de ruggenprik stopt. Als u uw benen helemaal niet meer kunt bewegen, moet u dit doorgeven aan de verpleegkundige. Deze neemt vervolgens contact op met de anesthesioloog.

De pijnstilling komt niet (in grote hoeveelheden) in uw bloed en dus bijna niet bij uw baby. Er zijn daarom weinig bijwerkingen voor uw baby.

Als de ruggenprik niet werkt

Een ruggenprik heeft bij ongeveer 5% van de vrouwen onvoldoende resultaat. In dat geval wordt gekeken of het slangetje goed zit en of de verdovingsvloeistof sterk genoeg is. Soms is het nodig om een nieuw slangetje in te brengen. In bepaalde situaties is een ruggenprik niet mogelijk, zoals bij stoornissen in de bloedstolling, bij infecties, bij sommige neurologische aandoeningen en bij afwijkingen of eerdere operaties aan de wervelkolom.

Tijdens het persen

Tegen de tijd dat u volledige ontsluiting heeft, wordt de hoeveelheid medicijnen meestal verminderd of gestopt. Zo voelt u weer de weeën die nodig zijn om goed mee te kunnen persen. Soms duurt het een tijdje voordat de spontane persdrang op gang komt. De uitdrijvingsfase kan hierdoor wat langer duren.

Bijwerkingen en complicaties

Hieronder leest u welke bijwerkingen u van de ruggenprik kunt krijgen.

Bloeddrukdaling

Door de ruggenprik zetten de bloedvaten in het onderlichaam uit. Hierdoor kan uw bloeddruk dalen. Om dit te voorkomen krijgt u voor de ruggenprik extra vocht via een infuus. Bij een te lage bloeddruk kunt u zich niet lekker voelen of duizelig worden. Door op uw zij te gaan liggen, kunt u de klachten verminderen. Ook kunt u hiermee een verdere daling van de bloeddruk voorkomen. Door de bloeddrukdaling kan de hartslag van uw baby veranderen. Dit wordt zichtbaar op het hartfilmpje (CTG-bewaking).

Slangetje in uw blaas (blaaskatheter)

Door de verdoving van het onderlichaam kunt u moeilijk voelen of uw blaas vol is. Daarom krijgt u uit voorzorg een slangetje in uw blaas voor de afvoer van urine.

Jeuk

Een lichte jeuk is soms een reactie op de gebruikte verdovingsvloeistof. Behandeling is bijna nooit nodig.

Rillen

Het kan gebeuren dat u na de ruggenprik gaat rillen, zonder dat u het koud heeft. Dit is onschuldig en gaat snel over.

Temperatuurstijging
Bij een ruggenprik heeft u een verhoogde kans op koorts. Het is dan niet duidelijk of dat door een infectie komt of door de ruggenprik. Bij een temperatuur boven de 38 °C, kan behandeling met antibiotica nodig zijn. Als dat zo is, zal de kinderarts uw baby na de geboorte onderzoeken. Een opname op de kinderafdeling kan dan nodig zijn.

Langer persen
Met een ruggenprik duurt het persen gemiddeld iets langer. De kans is iets groter dat u geholpen moet worden met een vacuümpomp

Hoofdpijn
Ongeveer 1% van alle patiënten krijgt last van hoofdpijn. Dat ontstaat meestal de dag na de ruggenprik. Er is dan per ongeluk een klein gaatje gemaakt in het vlies rondom het ruggenmerg. Dit gaatje gaat eigenlijk altijd vanzelf dicht, maar een enkele keer blijft er wat vocht uit lekken. Hierdoor kunt u last krijgen van hoofdpijn. Deze hoofdpijn wordt erger als u gaat zitten. Bij liggen heeft u geen of weinig last. Met rust, veel drinken en paracetamol wordt het beter. Blijft de hoofdpijn? Dan zoekt de anesthesioloog naar een andere oplossing.

Ontsteking
Een ontsteking in het gebied waar het slangetje is ingebracht, komt bijna nooit voor.

Een ruggenprik bij een keizersnede (spinaal)

Bij een keizersnede krijgt u meestal een ruggenprik tegen de pijn. Het voordeel is dat het snel werkt en u de bevalling bewust meemaakt. Als een ruggenprik bij u niet mogelijk is, kiest de anesthesioloog voor narcose.

Als u al een ruggenprik had tijdens de weeën (epiduraal), maar is er toch een keizersnede nodig? Dan kan er gekozen worden om extra pijnstilling te geven via het slangetje van de epiduraal. U hoeft dan niet altijd een nieuwe ruggenprik (spinaal).

Hoe werkt het?

Bij een spinale ruggenprik spuit de anesthesioloog via een dunne naald een kleine hoeveelheid verdovingsvloeistof tussen de wervels. Dit is vrijwel pijnloos en van korte duur. Een enkele keer kunt u tijdens het prikken een schokje in uw been voelen.

Na de prik, is uw onderlichaam tot uw navel verdoofd. In het begin voelt u een warm tintelend gevoel in uw benen. Als de verdoving helemaal is ingewerkt, kunt u uw benen niet of bijna niet meer bewegen. De plaats waar de gynaecoloog de snede maakt, is volledig verdoofd. U heeft hierdoor geen pijn, maar u voelt wel dat de gynaecoloog bezig is.

Bijwerkingen en complicaties

Hieronder leest u welke bijwerkingen u van de ruggenprik kunt krijgen.

Bloeddrukdaling
Door de ruggenprik zetten de bloedvaten in het onderlichaam uit. Hierdoor kan uw bloeddruk dalen. Om dit te voorkomen, krijgt u voor de ruggenprik extra vocht via een infuus. Bij een te lage bloeddruk kunt u zich niet lekker voelen of duizelig worden. Hiervoor kan de anesthesioloog u medicatie geven.

Een benauwd gevoel
Een enkele keer komt de verdoving te hoog, waardoor u het gevoel krijgt niet meer goed te kunnen ademen. Als u dit ervaart: geef het aan. De anesthesioloog kan uw ademhaling vaak controleren en zo nodig ondersteunen.

Een te uitgebreide verdoving
In zeldzame gevallen wordt ook het bovenste gedeelte van het lichaam verdoofd. Zelf ademen is dan niet mogelijk. De anesthesioloog brengt u kortdurend in slaap om u te kunnen beademen.

Hoofdpijn
Bij een ruggenprik wordt een klein gaatje gemaakt in het vlies rondom het ruggenmerg. Dit gaatje gaat vrijwel altijd vanzelf dicht, maar een enkele keer blijft er wat vocht uit lekken. Hierdoor kunt u last krijgen van hoofdpijn. De kans hierop is 1 tot 3%. Het is een vervelende, maar onschuldige complicatie die behandeld kan worden.

Is deze bijwerking  anders dan de hoofdpijn bij de ruggenprik epiduraal? Als ze hetzelfde zijn, zou ik ook dezelfde tekst aan houden. Het is aan jullie of jullie voor de uitgebreide of korte versie (deze) gaan.

Versie: 915422 Pijnbehandeling bij de bevalling 2023-09

Specialisme: Verloskunde
Deel via e-mail

Deze website plaatst cookies. Dit doen we om onze site gebruiksvriendelijker te maken, onder andere door analyse van het bezoekersgedrag. Maar u blijft anoniem.