Blaasspoeling BCG kortdurend behandelschema
Algemeen
- Neem altijd een geldig legitimatiebewijs mee (rijbewijs, paspoort of identiteitsbewijs).
- Heeft u een zorgverzekering in het buitenland? Neem dan ook uw verzekeringspapieren mee.
- Kunt u om dringende redenen niet komen voor de operatie of het onderzoek? Bel dan met de polikliniek of afdeling.
- Uw persoonlijke medische gegevens en afspraken bekijken? Dat kan in ons digitale patiëntenportaal Mijn Martini. U kunt met uw DigiD inloggen via www.martiniziekenhuis.nl/mijnmartini.
Inleiding
U krijgt binnenkort een blaasspoeling met het medicijn BCG. De blaasspoeling krijgt u op de Dagbehandeling Oncologie. Voor de blaasspoeling krijgt u een gesprek met de oncologieverpleegkundige. In deze folder staat de belangrijkste informatie op een rij.
Gesprek met oncologieverpleegkundige
Voor de blaasspoeling krijgt u een gesprek met de oncologieverpleegkundige. Tijdens het gesprek bespreekt u:
- Wat een blaasspoeling is.
- Wanneer u de blaasspoeling krijgt.
- Hoe de blaasspoeling gegeven wordt.
- Hoe lang het toedienen duurt en hoe lang u op de afdeling blijft.
- Mogelijke bijwerkingen van de blaasspoeling.
- Wat u aan de bijwerkingen doet en wanneer u het ziekenhuis moet bellen.
In het kort
Bij u wordt de blaas gespoeld met BCG. De BCG-vloeistof wordt via een katheter in uw blaas gebracht. BCG is een vaccin tegen tuberculose, dat ook werkt bij blaaskanker. BCG stimuleert de afweerreactie tegen kankercellen. Daarmee is deze behandeling een vorm van immunotherapie.
Hoe vaak krijg ik een blaasspoeling?
De uroloog overlegt met u hoe vaak uw blaas gespoeld gaat worden. Na de afgesproken spoelingen, krijgt u een blaasonderzoek. Dit heet een cystoscopie. Tijdens dit onderzoek wordt uw blaas gecontroleerd. Het blaasonderzoek is op de polikliniek Urologie.
Voorbereiding
Het is belangrijk dat u zich voorbereidt op de blaasspoeling. Dat doet u zo:
- Stop 3 uur voor de blaasspoeling met drinken. U mag wel ontbijten of lunchen met een (brood)maaltijd.
- Ga op de dagbehandeling niet naar de wc (als dit lukt). Doe dit pas als de oncologieverpleegkundige u oproept. Dit vragen we omdat er soms urine nodig is voor het onderzoek.
- Neem voor de zekerheid extra onderkleding mee. Het kan namelijk gebeuren dat u urine of blaasspoelvloeistof verliest tijdens de behandeling.
Behandelschema
- U krijgt 1 keer per week een blaasspoeling, 6 weken lang.
- De secretaresse van de dagbehandeling oncologie maakt de afspraken met u.
- De polikliniek Urologie vertelt wanneer u het blaasonderzoek heeft.
Blaasspoeling
Bij de eerste blaasspoeling blijft u nog 2 uur na de behandeling in het ziekenhuis. Bij de volgende blaasspoelingen mag u na de behandeling meteen naar huis. Hieronder leest u meer over de behandeling.
Eerste blaasspoeling
- De oncologieverpleegkundige brengt een blaaskatheter bij u in. Soms wordt via de katheter urine afgenomen voor onderzoek naar bacteriën.
- Als de blaas leeg is, wordt de spoelvloeistof via de katheter ingebracht. Daarna wordt de katheter weer verwijderd.
- Probeer om de spoelvloeistof 2 uur in uw blaas te houden. U blijft op de afdeling, waar u mag rondlopen of zitten. Kies in elk geval een houding dat u de 2 uur vol kunt houden. Tijdens deze 2 uur mag u niet drinken.
- U krijgt een potje met chloortabletten mee naar huis. Chloor stopt de werking van BCG.
- Als de 2 uur om zijn, mag u op het toilet de spoelvloeistof uitplassen. Het is belangrijk dat u dit zittend doet.
- Na het plassen doet u 1 chloortablet in het toilet.
- U doet de deksel van het toilet naar beneden en wacht 30 seconden. Daarna spoelt u het toilet door.
- Als de spoelvloeistof in contact komt met uw huid, kan het gaan irriteren. Om dit tegen te gaan, moet u na het uitplassen uw onderlichaam wassen met water. Op de afdeling zijn handdoeken en washandjes beschikbaar.
- Na het wassen spoelt u het toilet een tweede keer door. Het deksel houdt u gesloten.
Volgende blaasspoelingen
- De oncologieverpleegkundige brengt een blaaskatheter bij u in. Soms wordt via de katheter urine afgenomen voor onderzoek naar bacteriën.
- Als de blaas leeg is, wordt de spoelvloeistof via de katheter ingebracht. Daarna wordt de katheter weer verwijderd. De oncologieverpleegkundige geeft u incontinentiemateriaal om uw kleding te beschermen.
- U mag direct naar huis. U krijgt een potje chloortabletten mee naar huis. Wel is het belangrijk om de spoelvloeistof 2 uur in uw blaas te houden.
- Tijdens deze 2 uur mag u niet drinken.
- Na 2 uur mag u naar het toilet om de spoelvloeistof zittend uit te plassen. De oncologieverpleegkundige vertelt u hoe u thuis moet handelen na het uitplassen.
Na elke blaasspoeling
- Het is goed om veel te drinken (minimaal 2 liter per 24 uur).
- Op de dag van de blaasspoeling moet u elke keer na het plassen uw onderlichaam wassen met water.
- Gebruik 7 dagen na de blaasspoeling een condoom bij geslachtsgemeenschap. Dit om uw partner niet te belasten met de resten BCG.
- Meet uw lichaamstemperatuur op de avond van en de avond na de blaasspoeling. Heeft u beide dagen een temperatuur hoger dan 38,5 graden Celsius? Neem dan contact op met de polikliniek Urologie.
Let op
Tot 6 uur na de blaasspoeling zitten er onzichtbare deeltjes BCG in uw urine. Het is belangrijk dat uzelf en andere mensen dit niet aanraken. In de eerste 6 uur vragen we u:
- Plas zittend. Dan is de kans op knoeien zo klein mogelijk.
- Na het plassen moet u elke keer 1 chloortablet in het toilet doen. Na 30 seconden spoelt u het toilet door met gesloten deksel.
- Was uw lichaam elke keer na het plassen met water.
- Morst u per ongeluk? Maak dit goed schoon met water en bleekmiddel.
- Gebruikt u incontinentiemateriaal? Ga hier voorzichtig mee om.
- Wordt u verzorgd? Laat uw verzorger handschoenen dragen bij het verwisselen.
- Doe het gebruikte incontinentiemateriaal in een plastic zak. Knoop de plastic zak dicht en stop deze bij het huishoudelijk afval.
Mogelijke bijwerkingen
- De eerste uren na de blaasspoeling kan plassen pijn doen.
- De spoeling kan uw blaasslijmvlies irriteren. De klachten lijken op die van een blaasontsteking: vaak plassen en pijn bij het plassen. De klachten verdwijnen meestal na 2 tot 3 dagen.
- Soms kan de urine bloederig zijn.
- Tijdelijk kan u zich grieperig voelen.
- Soms krijgt u huidirritatie of gewrichtspijn.
Wanneer bellen?
Na de kuur heeft u mogelijk klachten. Bij sommige klachten is het belangrijk om het ziekenhuis te bellen. Bijvoorbeeld bij:
- Een hogere temperatuur (hoger dan 38.5 graden Celsius).
- Problemen met plassen.
- Huidreacties.
- Veranderende pijnklachten.
Daarnaast mag u bij vragen ook contact met ons opnemen. De verpleegkundig specialist kan u bijvoorbeeld informatie geven over bijwerkingen, afspraken en medicatie.
Telefonisch spreekuur
Telefoonnummer (050) 524 5961 |
maandag tot en met vrijdag 08.00 – 08.30 uur 13.00 – 13.30 uur |
Buiten kantoortijden
Telefoonnummer (0900) 9229 |
De Doktersdienst Groningen is altijd bereikbaar voor klachten over uw kuur. |