Tandwortelimplantaten in onbetande onderkaak

Voorbereiding

Op de dag van het aanbrengen van de implantaten gaat u volgens afspraak naar de polikliniek MKA. Een implantaat groeit vast in het kaakbot. In het implantaat, dat hol is van binnen, zit een schroefdraad voor het bevestigen van een opzetstukje. In de onderkaak zijn 2 of 4 implantaten nodig voor het maken van een klikmechanisme, waarop u een gebitsprothese kunt ‘vastklikken’. Het klikmechanisme kan uit een staafconstructie of uit drukknopen bestaan.

Voor het plaatsen van implantaten is wel voldoende kaakbot nodig. Om dit te onderzoeken maken wij röntgenfoto’s en soms een CT-scan op de eigen polikliniek. Als blijkt dat uw kaak te laag of te smal is, kan vooraf een hersteloperatie nodig zijn om uw kaak te verhogen of verbreden.

Ingreep

Voorafgaand aan de ingreep geeft de MKA-chirurg u een plaatselijke verdoving. Meestal plaatst de chirurg 2, soms 4 implantaten in het voorste gedeelte van uw onderkaak, ongeveer op de plaats van de vroegere hoektanden.

De operatie kan in één of twee fasen plaats vinden. Bij de éénfasetechniek is het implantaat na het aanbrengen direct zichtbaar en wordt het tandvlees er omheen gehecht. Is bij u sprake van ‘tweefasenimplantaten’? Dan heeft u ongeveer na 6 tot 12 weken een tweede, kleinere ingreep onder plaatselijke verdoving voor het aanbrengen van de opzetstukjes. Hierbij maakt de MKA-chirurg kleine sneetjes in het tandvlees en brengt de opzetstukjes aan op de implantaten. Deze opzetstukjes zijn dan te zien in de mond.

De chirurg hecht de wond met materiaal dat na 1 of 2 weken oplost en spontaan verdwijnt. De ingreep duurt ongeveer 1 uur. Na afloop kunt u gewoon weer naar huis.

Na de ingreep

U kunt na de ingreep de voorgeschreven pijnstillers gebruiken. Het beste is om hiermee te beginnen voordat de verdoving is uitgewerkt, dus bij thuiskomst of uiterlijk 1 uur na de ingreep. De kans op een nabloeding is zeer klein omdat de wond is dichtgehecht. Wel is het normaal dat er af en toe een beetje bloed uit het wondje komt. Dit stopt meestal vanzelf.

Door de behandeling kan uw wang of kin gaan opzwellen en kan er onder de kin een bloeduitstorting ontstaan. Dit is een normaal gevolg van de ingreep. Het is verstandig om de wang en/of kin aan de buitenkant direct na de behandeling enkele uren met een 'cold pack' of ijsklontjes in een plastic zakje afwisselend 10 minuten te koelen. Na drie dagen wordt de zwelling langzaam minder en verdwijnt uiteindelijk volledig.

Wij adviseren om vanaf de tweede dag na de ingreep een week lang 2 tot 3 maal per dag de mond te spoelen met een desinfecterend mondspoelmiddel. U krijgt daar een recept voor mee. In sommige gevallen krijgt u ook een antibioticakuur voorgeschreven.

In principe mag u alles eten en ook gewoon uw overige tanden poetsen (bij voorkeur niet met een elektrische tandenborstel), zolang u niet te dicht bij de wond komt.

Na het plaatsen van de implantaten wordt uw oude onderprothese tijdelijk aangepast en kan deze direct worden gedragen. Dit heeft nog niet het comfort van de klikprothese, die later wordt gemaakt, maar zorgt er wel voor dat u niet zonder prothese hoeft rond te lopen. U kunt de onderprothese dan (beperkt) dragen en gebruiken. U mag niet kauwen of afbijten. Het eten moet zacht zijn of fijngemalen. U dient de prothese ’s nachts altijd uit te laten.

U krijgt altijd een controle afspraak. Eventueel nog aanwezige hechtingen haalt de MKA-chirurg dan voor u weg.

Nazorg

Ongeveer 2 tot 3 maanden na het plaatsen van de implantaten brengt de tandarts de staafconstructie of drukknopen aan en gaat hij beginnen met het maken van uw nieuwe ondergebitsprothese (het klikgebit).

U blijft onder voortdurende controle van de MKA-chirurg. U komt in elk geval één keer per jaar naar de polikliniek MKA. De chirurg controleert dan de implantaten. De gebitsprothese valt onder de verantwoordelijkheid van de tandarts. Roken verkort de levensduur van uw implantaat. Vandaar dat u het dringend advies krijgt niet (meer) te roken. Bij een goede mondhygiëne en regelmatige controle kunnen de implantaten jarenlang meegaan.

Versie: 12 februari 2020