Inspanningstest op de loopband
Algemeen
- Neem altijd een geldig legitimatiebewijs mee (rijbewijs, paspoort of identiteitsbewijs).
- Heeft u een zorgverzekering in het buitenland? Neem dan ook uw verzekeringspapieren mee.
- Kunt u om dringende redenen niet komen voor de operatie of het onderzoek? Bel dan met de polikliniek of afdeling.
- Uw persoonlijke medische gegevens en afspraken bekijken? Dat kan in ons digitale patiëntenportaal Mijn Martini. U kunt met uw DigiD inloggen via www.martiniziekenhuis.nl/mijnmartini.
Inleiding
In overleg met uw arts heeft u een afspraak gemaakt voor een inspanningstest op de afdeling Longfunctie. In deze folder leest u wat het onderzoek inhoudt en hoe u zich daarop voorbereidt. Deze folder is een aanvulling op het gesprek met uw arts of de longfunctieanalist.
Als u koorts heeft of 8 week voor het onderzoek een operatie heeft ondergaan, neem dan contact op met de polikliniek Longziekten.
Voorbereiding
Vanaf 3 uur vóór het onderzoek houdt u zich aan de volgende regels:
- U mag niet roken.
- U mag vooraf wel gewoon eten, al moet u niet te veel eten.
- U komt op tijd, zodat u rustig aan het onderzoek kunt beginnen. Het is beter om niet op de fiets naar het ziekenhuis te komen. Die inspanning kan de test negatief beïnvloeden.
Voor de inspanningstest op de loopband moet u stoppen met bepaalde medicijnen. Van uw behandelend arts of de longfunctieanalist hoort u om welke medicijnen het gaat. Krijgt u na het stoppen met uw longmedicijnen veel klachten, dan kunt u uiteraard wel uw medicatie innemen. Neem dan contact op met de polikliniek Longziekten. U hoort dan of het verstandig is het onderzoek door te laten gaan. Medicatie anders dan uw longmedicatie kunt u gewoon blijven gebruiken.
Het verloop van het onderzoek
Het onderzoek bestaat uit 3 delen, namelijk spirometrie, de looptest en nog eens spirometrie. Tijdens het onderzoek krijgt u uitleg van de longfunctieanalist. Vóór en na het onderzoek kunt u vragen stellen.
Spirometrie: meten van de longfunctie
De longfunctieanalist neemt u mee naar de onderzoekskamer, waar u op een stoel gaat zitten. U krijgt een mondstuk in uw mond. Dat mondstuk is verbonden met een meetapparaat. Door het mondstuk kunt u vrij ademen. Dan plaatst de longfunctieanalist een klem op uw neus om te voorkomen dat u door uw neus ademt. De longfunctieanalist geeft u instructies, zoals diep inademen, krachtig uitademen, enzovoorts. Zo wordt de werking van uw longen gemeten.
De looptest
U krijgt een klem aan uw vinger geklemd. Via deze klem wordt uw hartfrequentie en het zuurstofgehalte in uw bloed gemeten. Soms is het tijdens het lopen nodig om een hartfilmpje te maken. Hiervoor moet u uw bovenlichaam ontbloten. Vervolgens wordt u gevraagd om op de loopband te gaan staan. De snelheid van de band en de hoogte van de helling worden tijdens het onderzoek aangepast. In de eerste minuten wordt het steeds een beetje zwaarder. Als zwaar genoeg is, moet u het lopen ongeveer 4 minuten volhouden.
Tijdens het onderzoek heeft u een masker voor uw mond en neus. U ademt uit een grote ademzak, waaruit koude, droge lucht komt.
Opnieuw spirometrie
Na de looptest gaat u weer blazen voor het meten van uw longfunctie. Dit wordt op verschillende tijden na uw looptest gedaan. Dit gebeurt na 1, 3, 5, 7, 10, 15, 20 en 30 minuten. Als u minder goed blaast, krijgt u een medicijn dat uw luchtwegen ruimer maakt. De benauwdheid neemt dan snel af. Het onderzoek is voorbij als uw longen weer functioneren zoals vóór het onderzoek.
Hartfilmpje
Soms wordt voor de spirometrie en de looptest een hartfilmpje gemaakt. Dat wordt met u besproken.
Tijdsduur
Het onderzoek duurt 1 uur.
Na afloop
Het onderzoek heeft weinig risico’s. Wel vinden de meeste patiënten de test inspannend en vermoeiend. Als u wilt, kunt u zich na de test op de afdeling Longfunctie opfrissen. Dan kunt u ook weer beginnen met uw longmedicatie.
Uitslag
De uitslag van het onderzoek krijgt u van uw behandelend arts.
Versie: 1118131 06-2023 Inspanningstest op de loopband